Nederlandse consumenten kochten in 2016 voor ruim 1 miljard euro aan producten bij buitenlandse webwinkels binnen de EU. Dat is 25 procent meer dan in 2015. Consumenten kochten vooral kleding en schoenen, meldt het CBS op basis van lopend innovatief big data onderzoek. Het bureau voert dit uit in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Leiden.
Ruim 80 procent van de buitenlandse Europese internetuitgaven in 2016 werd gedaan bij bedrijven die in Duitsland, Groot-Brittannië, België of Italië zijn gevestigd, aldus het onderzoek. Duitse webwinkels zijn koploper met ruim 50 procent van de waarde van alle aankopen. Daarna volgen Groot-Brittannië met ongeveer 12 procent en België en Italië met elk ongeveer 8 procent. De overige 20 procent van de bestedingen werd gedaan bij webwinkels verspreid over vrijwel de hele Europese Unie.
Het gaat hier om online aankopen van goederen door Nederlandse consumenten bij bedrijven die binnen de Europese Unie, maar niet in Nederland gevestigd zijn. De cijfers zijn berekend op basis van een methode die nog in ontwikkeling is en zijn daarom voorlopig. De foutmarge op de totale omzet is ongeveer 5 procent.
Nederlanders kopen weinig online in andere EU-landen, zo concludeerde het CBS vorig jaar juli nog. Bijna een derde koopt wel eens een product of dienst bij een webwinkel uit andere EU-landen, terwijl de meerderheid in eigen land winkelt. Dit geldt voor de meeste landen binnen de Europese Unie. Luxemburg is een uitzondering: bijna 90 procent van de online shoppers in deze EU-lidstaat bestelt goederen of diensten uit andere EU-landen.
EC: meer grensoverschrijdende e-commerce
De Europese Commissie wil grensoverschrijdend online winkelen in de EU stimuleren. De Commissie heeft daarom vorig jaar onderzocht wat de redenen zijn om niet bij een buitenlandse webwinkel te kopen. Een deel van de webwinkels accepteert geen buitenlandse kopers, verder bleken er problemen met bezorging te zijn. Vaak is er geen vertrouwen in een buitenlandse webwinkel.
De EC heeft in september 2016 de eerste resultaten gepresenteerd van een onderzoek naar e-commerce en de drempels voor online grensoverschrijdende handel. Het eindrapport wordt in 2017 uitgebracht. Enkele eerste conclusies: e-commerce is algemeen beschikbaar en groeit, maar sommige praktijken beperken mogelijk de mededinging. Meer dan 20 procent van de winkeliers krijgt van producenten prijzen gedicteerd en bijna een op vijf winkeliers krijgt een verbod om via online marktplaatsen te verkopen. Verder krijgt meer dan 10 procent van de retailers beperkingen in de verkoop naar andere landen.
Deze voorwaarden bemoeilijken winkelen over de grens en kunnen het consumentenbelang schaden, aldus de Commissie. De Europese Raad, die de lidstaten vertegenwoordigd, heeft in november 2016 ingestemd met maatregelen om een einde te maken aan geo-blocking en om e-commerce over landsgrenzen heen in de EU te stimuleren.
