De Europese Commissie begint in september met een studie naar het gebruik van taxi-app UberPop van de Amerikaanse aanbieder Uber. De EC wil vooral komen tot een eenduidig regulerend kader, aldus drie bronnen bekend met de materie tegenover Reuters.
Uber begon in 2011 in Parijs met zijn Europese activiteiten en breidde daarna geleidelijk uit. De taxi-app wordt vooral gebruikt door niet-officiële taxichauffeurs die ritten aanbieden. Volgens taxi-organisaties is dit oneerlijke concurrentie, omdat zij wel aan allerlei (dure) regels dienen te voldoen). In veel Europese landen (waaronder Nederland) is het gebruik van UberPop verboden of sterk aan banden gelegd. Uber heeft onder meer gereageerd door via de EC klachten in te dienen over door Duitse en Spaanse rechters opgelegde verboden en over een nieuwe Franse taxi-wet.
De Commissie wil onder meer bepalen of Uber een transportdienst is die aan de daarvoor geldende voorwaarden moet voldoen, of allereerst een digitale dienst. Uber benadrukt dat het gezien moet worden als digitale dienst die vraag en aanbod bij elkaar brengt. De Commissie gaat alle diverse regels van EU-lidstaten op taxi-gebied naast elkaar leggen om dan te bepalen of er een EU-wijd raamwerk nodig is. Afronding van de studie wordt niet voor juni 2016 verwacht. De EC zal zich ondertussen ook buigen over de klachten van Uber.