
De Europese Commissie concludeert dat het aantal en de penetratie van Europese breedbandverbindingen het afgelopen jaar sterk is gegroeid, maar dat er nog veel moet gebeuren om de doelstelling te bereiken om elke Europeaan tegen 2013 toegang te geven tot basisbreedband en tegen 2020 tot snelle en ultrasnelle breedband, zoals beschreven in de Digitale Agenda voor Europa.
In juli 2010 had 29 procent van de breedbandverbindingen in de EU een snelheid van ten minste 10 megabits per seconde (Mbps). Een jaar eerder was dat 15 procent. De breedbandpenetratie in de EU groeit nog steeds en bedroeg in juli 2010 25,6 per 100 inwoners, tegenover 23,9 een jaar eerder. DSL blijft met 100 miljoen verbindingen de meest voorkomende technologie voor breedbandtoegang in Europa, maar het marktaandeel neemt af ten voordele van snellere glasvezelaansluitingen en kabel met Docsis 3.0. FTTH groeide tussen juli 2009 en juli 2010 met 40 procent, maar vertegenwoordigt momenteel slechts 1,7 procent van het totale aantal verbindingen in Europa. Nederland en Denemarken blijven de wereldleiders op het gebied van breedbandpenetratie (bijna 40 aansluitingen per 100 inwoners of bijna 80% van de huishoudens).
Mobiele breedbandtoegang (bijvoorbeeld dongels voor laptops) wint in een aantal lidstaten terrein, met name in Finland (21,5 verbindingen voor mobiele breedbandtoegang via usb-sleutels/gegevenskaarten/dongels per 100 inwoners), Oostenrijk (16,7), Zweden (14), Denemarken (13,4) en Portugal (12,1). De huidige mobiele-breedbandpenetratie in Europa bedraagt 6 procent, een toename van 45 procent sinds juli 2009.