
Zakelijke glasvezelleverancier Eurofiber zet in samenwerking met Fore Freedom niet langer gebruikte brandstofleidingen van DPO (Defensie Pijpleiding Organisatie) voor de uitbreiding van zijn netwerk. Eurofiber spreekt over een duurzame methode om glasvezelnetwerken aan te leggen, die het bovendien mogelijk maakt om locaties die eerder buiten bereik bleven van glasvezel kostenefficiënt aan te sluiten.
Bij een pilotproject van Eurofiber in de Belgische grensstreek werd in 50 minuten tijd een glasvezelverbinding van meer dan zes kilometer gerealiseerd op een nieuw tracé. Deze aanleg zou normaal maanden kosten, onder meer om via graafwerkzaamheden een kunststof mantelbuis aan te leggen, waarna de glasvezelkabel er onder hoge druk wordt in ‘geblazen’.
Via de methode van Fore Freedom worden hiervoor de bestaande de stalen DPO-leidingen hergebruikt. Dit scheelt grondstoffen, CO2-uitstoot van graafmachines en eventuele overlast vanwege graafwerkzaamheden. Omdat de DPO-leidingen heel Nederland doorkruisen, is het verder mogelijk om glasvezel aan te leggen in gebieden waar dit normaal economisch niet haalbaar zou zijn. Zo kunnen campings en tuinders in buitengebieden aangesloten worden zonder dat dit tonnen kost, stelt Edwin de Raadt, directeur/aandeelhouder van Fore Freedom.
In Nederland ligt ongeveer 550 kilometer aan actief gebruikte pijpleidingen voor het vervoer van brandstof naar diverse luchtmachtbases en commerciële klanten, die door DPO worden beheerd. Verder draagt de organisatie de zorg voor een flink aantal leidingen die niet meer actief worden gebruikt. Voor het proefproject met Eurofiber verwijderde Fore Freedom de stikstof die DPO tegen corrosie in de ongebruikte brandstofleidingen doet. Omdat de DPO-leidingen groter zijn dan de normale mantelbuizen voor glasvezel, bedacht Fore Freedom een nieuw systeem om de kabels erdoorheen te blazen.