
Het kabinet bestudeert momenteel de uitkomsten van een onderzoek naar veiligheidsrisico’s voor 5G-netwerken. De tweede Kamer zal over deze uitkomsten worden geïnformeerd, al is niet duidelijk wanneer. Dat schrijft staatssecretaris Mona Keijzer (economische Zaken & Klimaat) in reactie op Kamervragen van de VVD.
De voor het onderzoek verantwoordelijke taskforce onder leiding van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding & Veiligheid (NTCV) werd in april ingesteld door Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid. De interdepartementale taskforce heeft samen met de drie grote telecomaanbieders (KPN, T-Mobile en VodafoneZiggo) een risicoanalyse uitgevoerd naar de kwetsbaarheid van 5G-telecommunicatienetwerken voor misbruik van leveranciers van technologie voor deze netwerken en bekeek welke maatregelen nodig zijn om risico’s te beheersen.
Rol van Huawei bij KPN
VVD tweede Kamerlid Arne Weverling stelde begin juni naar aanleiding van een artikel in Trouw vragen over de rol van Huawei bij KPN. De krant schreef dat KPN de transformatie van de OSS/BSS systemen door Huawei heeft laten uitvoeren. KPN en Huawei hebben in juni 2012 een contract gesloten voor de BSS-systemen van KPN. Dochter Telfort tekende in 2009 een contract voor tien jaar, voor de bouw van een geïntegreerd back-office systeem. Sinds vorig jaar ligt de Chinese leverancier onder een loep wegens verdachtmakingen vanuit onder meer de VS over potentiële spionage via de netwerkoplossingen van het bedrijf door de Chinese overheid.
De Tweede Kamer had al eerder gevraagd om de uitkomsten van de Taskforce. Minister Grapperhaus stelde begin april dat het onderzoek eind mei gereed zou zijn. De uitkomsten van het onderzoek kunnen ook gevolgen hebben voor het bestaande toezicht van het Agentschap Telecom, zo schrijft Keijzer nu.
'Artikel 11a.1 van de Telecommunicatiewet bepaalt dat aanbieders van openbare elektronische communicatienetwerken en openbare elektronische communicatiediensten de verplichting hebben om 'passende technische en organisatorische maatregelen' te nemen om de risico’s voor de veiligheid en integriteit van hun netwerken en diensten te beheersen. Het AT houdt toezicht op deze zorgplicht. Onderdeel van passende maatregelen is de wijze waarop afspraken zijn gemaakt door telecombedrijven met leveranciers over toegang tot systemen.'