
KPN geeft aan dat het bij twee rechtszaken was betrokken en dat het van de Rotterdamse rechtbank in de ene zaak gelijk heeft gekregen en in de andere niet. In beide zaken was KPN in beroep gegaan tegen een boete die Opta had opgelegd. In beide gevallen ging het om een boete voor het geven van kortingen aan zakelijke klanten.
De zaak waarin het beroep van KPN ongegrond is verklaard, betreft een eenmalige kortingsactie in 2006, die door Opta als discriminatoir (geldend voor een beperkt aantal klanten) is gekwalificeerd. Het gaat om een boete van 523.264 euro. Omdat KPN van oordeel is dat de korting wel degelijk aangeboden had mogen worden, zal door KPN hoger beroep worden aangetekend bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven.
De andere zaak heeft betrekking op een boete die Opta KPN oplegde in januari 2010. Opta was van mening dat KPN in de periode 2007 tot april 2009 met drie grootzakelijke klanten via KPN’s zogenaamde Klant Partner Programma stelselmatig de concurrentie uitsloot. De boete bedroeg 780.000 euro. Volgens KPN heeft de Rotterdamse rechtbank geen fouten kunnen ontdekken in de afspraken die KPN destijds in het Klant Partner Programma had gemaakt.
Opta beraadt zich nog op de uitspraken.