
De posities over netneutraliteit liggen ver uit elkaar, meldt Euractiv. Sinds maart onderhandelt het Letse voorzitterschap van de EU met het Europees Parlement. Inzet is een akkoord over roaming en netneutraliteit. Het Parlement heeft in april 2014 een voorstel aangenomen dat een eind wil maken aan roaming toeslagen en anderzijds netneutraliteit vastlegt als verplichting.
Euractiv heeft een vertrouwelijk document in handen dat de Raad op 22 mei naar het Europees Parlement heeft gestuurd. Daarin is het begrip “non-discriminatoir” geschrapt, net als de definitie van netneutraliteit an sich. De voorstellen laten zien dat de Raad veel minder ver wil gaan dan het parlement vorig jaar.
Bronnen bij het Europees Parlement melden dat er binnen de onderhandelingsdelegatie van het Europees Parlement verdeeldheid heerst over wat er wel of niet onder netneutraliteit moet vallen. Een element is non-discriminatie, vooral als het gaat over Zero Rating of speciale toegang tot internetdiensten. De Raad wil dat onder voorwaarden toestaan, als uitzondering op de eis om diensten neutraal aan te bieden. Als voorwaarde zou worden gesteld dat andere gebruikers er geen nadelen van ondervinden.
Conservatieve stromingen in het parlement voelen voor een verplichting voor internetaanbieders om te filteren op illegale content.
Daar tegenover staan voorstanders van een strenge definitie, die vinden dat een strikte netneutraliteit onmisbaar is om het open karakter van internettoegang te behouden.
Roaming, het andere onderwerp, zorgt ook voor verdeeldheid. Een compromisvoorstel van Letland is om eindgebruikers een beperkt volume roaming toe te staan tegen binnenlands tarief. In 2018 komen er voorstellen voor de wholesale markt en –tarieven van roaming.
De eerstvolgende informele bespreking tussen Raad en Parlement is op 2 juni. Op 12 juni staat een bijeenkomst gepland van de TTE-raad, met de ministers uit alle 28 landen die over telecom gaan.