Apple onthulde de Apple Watch in september vorig jaar met een duidelijke focus op health en activity. Met HealthKit, onderdeel van het in juni vorig jaar gepresenteerde iOS8, kunnen developers hun gezondheids- en fitnessapps met elkaar laten samenwerken, waarmee gebruikers hun gezondheid real-time kunnen monitoren en deze data direct kunnen delen met artsen. HealthKit concurreert momenteel vooral met Google Fit, dat in de zomer van 2014 werd aangekondigd en de officieuze opvolger werd van het geflopte Google Health uit 2008 (gediscontinueerd in 2012).
Terwijl HealthKit zich vooral richt op ziektepreventie via activity en fitness, gaat ResearchKit een stapje verder. De software is gericht op betere onderlinge communicatie tussen artsen, onderzoekers en patiënten om beter inzage te kunnen krijgen in bepaalde ziektebeelden en hun verloop. ResearchKit verzamelt data over gewicht, bloeddruk en lichamelijke activiteit, maar ook kan informatie worden gedeeld over hart- en vaatziekten, diabetes, astma en borstkanker.
Onderzoekers kunnen bijvoorbeeld apps ontwikkelen op basis van informatie die wordt onttrokken aan de bewegingssensoren, microfoon, gyroscoop en GPS die zijn ingebouwd in iPhones. IPhone-gebruikers kunnen zelf bepalen of zij willen meedoen aan onderzoekprogramma's. In essentie raakt ResearchKit de kern van mhealth: het platform levert grote hoeveelheden accurate data op meerdere tijdstippen per dag, gegeneerd door de devices van patiënten die 'in control' zijn over hun eigen gezondheid. Of anders: het 'empoweren' van de patiënt levert levert tijdswinst en daarmee kostenvoordelen op voor alle partijen.
Vanuit de traditionele hoek klinken inmiddels al kritische geluiden. Zo zou meer data niet automatisch nauwkeuriger resultaten opleveren en zou niet altijd mogen worden uitgegaan van de betrouwbaarheid van de deelnemers. Verder zouden iPhone-gebruikers als eigenaren van prijzige smartphones geen representatieve weergave zijn van een complete bevolkingsgroep. Zo komen hart- en vaatziekten bijvoorbeeld vaker voor onder laag opgeleiden met een lager inkomen. En hoewel Apple verzekert geen inzage te hebben in de data die wordt verstuurd, blijven privacy en technologie ook in deze op gespannen voet met elkaar staan.
Maar de de miljoenenverkoop van iPhones wereldwijd liggen er voor onderzoekers in potentie nagenoeg onbeperkte mogelijkheden, in ieder geval kwantitatief. Apple werkte voor de ontwikkeling van de eerste vijf beschikbare apps voor ResearchKit samen met twaalf onderzoekinstituten, waaronder de universiteit van Oxford en Stanford.
Het eerste succesverhaal werd naar buiten gebracht door Stanford University. Zijn app MyHeart Counts, dat zich richt op cardiovasculaire gezondheid, werd vier dagen naar zijn lancering bijna 53,000 keer gedownload in de VS en Canada. 22,000 downloaders hadden zich opgegeven voor deelname aan onderzoek waarvan 11,000 in de eerste 24 uur. Volgens Apple CEO Tim Cook zou het verzamelen van zoveel deelnemers normaal gesproken de inzet van 50 medische centra vragen en zou dit een jaar in beslag nemen.
In dat opzicht is ResearchKit een game changer. Apple slaagt erin om een kanaal te creëren waarmee het data van miljoenen gebruikers wereldwijd direct in de handen legt van onderzoekers en artsen en daarmee afrekent met traditionele tijds- en kostenintensieve onderzoeksmethoden. De tijd zal moeten gaan uitwijzen of de gegeneerde data ook daadwerkelijk van toegevoegde waarde is voor de wetenschap, al maken lijken zorgen hierover vooralsnog in de marge te bestaan terwijl de revolutionaire mogelijkheden van ResearchKit worden benadrukt door zowel Apple als gerenommeerde onderzoeksinstituten wereldwijd. Het credo is nu vooral: hoe meer data, hoe beter.
In bredere zin is ResearchKit een testcase voor de inzet van mobiele technologie ten behoeve van medische doeleinden. In dat opzicht verkeert Apple in de juiste positie om mhealth definitief op de kaart te zetten.
Connected Health 2015
Telecompaper organiseert op woensdag 10 juni het congres CONNECTED HEALTH. Tijdens die dag proberen wij samen met u vast te stellen wat de stand van zaken rondom mhealth is in Nederland.
Voor meer informatie: CONNECTED HEALTH 2015.
