Zijn we bereid te betalen voor onze smartphone?

Commentaar Mobiel Nederland 3 JUL 2012
Zijn we bereid te betalen voor onze smartphone?

Het antwoord op die vraag zal in sterke mate afhangen van onze verbintenis met een mobiel apparaat. Voor een groot deel van de Nederlanders zal het gebruik van een mobiel apparaat ruimschoots in het dagelijks leven zijn geïntegreerd. Er wordt nog altijd flink gebeld en ge-sms’t, maar vooral mobiel internet wint aan terrein. Vooral dat laatste zal er voor kunnen zorgen dat we straks de buidel trekken voor een smartphone, ook wanneer de subsidies op dit type telefoons worden afgeschaft. Immers, kwalitatief goed bellen kan nog altijd met een oerdegelijke Nokia 3210. WhatsAppen, online gamen en facebooken dan weer niet.

Uit recente cijfers van Telecompaper blijkt dat eind 2011 meer dan helft (52%) van de Nederlanders met een smartphone rondloopt. Dit komt neer op een groei van 53 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. Toen bezat nog 34 procent van de Nederlanders een smartphone. En met het gebruik van bijvoorbeeld Whatsapp zit het ook wel goed, blijkt uit andere data.

Het gebruik van Whatsapp is misschien wel het meest prominente voorbeeld waarom mobiele operators massaal data-centric abonnementen introduceren. Het toenemende verlies als gevolg van dalende belminuten en sms’en moet worden ondervangen door het explosieve gebruik van mobiele data te ondervangen. Mobiele operators lopen in 2012 mondiaal 23 miljard dollar (17,6 miljard euro) aan omzet mis doordat klanten gebruik maken van gratis alternatieven voor sms, zoals WhatsApp of Facebook Messenger.

Dat zijn hoge bedragen die mobiele providers niet kunnen missen. Maar dat is nu wel het geval: OTT-spelers als Google, Apple en een keur aan andere internetbedrijven oogsten nu de voordelen van de ontwikkelingen rondom het app-ecosysteem. In antwoord hierop riepen de grootste mobiele operators wereldwijd vaker om een bijdrage voor hun netwerkonderhoud van die partijen. Dat is tot dusver tevergeefs geweest.

En dat een dergelijke verhouding mobiele operators steekt, wordt nog eens versterkt door het gemak waarmee geld wordt verdiend in de mobiele waardeketen. Neem bijvoorbeeld Apple. Apple verscheepte sinds de lancering van de eerste iPhone in 2007 250 miljoen van deze smartphones en verdiende daarmee 150 miljard dollar, wisten de onderzoekers van Strategy Analytics te berekenen. En Motorola-eigenaar Google, dat Android wil gaan verzilveren, zou naar een model willen waarmee net zo veel geld te verdienen valt. Mobiele operators staan langs de zijlijn en kijken naar hoe het spel wordt gespeeld op hun peperdure mobiele netwerken.

Komt het niet uit de lengte, dan uit de breedte. Vodafone en Telefónica startten dit jaar een proef om de kosten die zij maken met het (gedeeltelijk) gratis weggeven van mobiele telefoons omlaag te brengen. In maart schroefde Telefónica al de kortingen terug, waarop Vodafone snel volgde. In plaats van subsidies kunnen klanten nu gebruik maken van aanbiedingen waarbij zij zelf een toestel kunnen aanschaffen. In een verklaring lieten Vodafone en Telefónica weten het geld dat gemoeid is met subsidies te willen spenderen aan marketing voor bestaande klanten.

Vodafone Chief Executive Vittorio Colao verwoordde de ommezwaai door te stellen dat mensen verslaafd zijn aan smartphones, die inmiddels soms al voor een paar tientjes over de toonbank gaan. De woorden van de Vodafone-topman kunnen worden geïnterpreteerd als volgt: mobiliteit is een onmisbaar onderdeel geworden van onze realiteit, net als autorijden. En wie echt mobiel wil zijn, betaalt daar dan ook voor.

Met de vervanging van toestelsubsidies naar leasecontructies, waarbij de klant een vast bedrag per maand betaald voor de aflossing van de aanschafprijs van het toestel, willen mobiele operators klanten niet alleen inzicht geven in de kosten van een toestel, maar ook kijken in hoeverre zijn bereid zijn te betalen voor de laatste smartphones. Volgens KPN-dochter Hi, dat al met een leaseconstructie werkt, zou de klant voordeliger uit zijn. En KPN zelf gelooft dat dus ook met zijn nieuwe propositie. In een gesprek met Marco Visser, directeur Consumentenzaken bij KPN,  wordt duidelijk dat de mobiele operator hierbij wint doordat de voorspelbaarheid van de klant in de nieuwe situatie beter wordt.

Door de hoge subsidies was die voorspelbaarheid van de klant vrijwel onzichtbaar. Nagenoeg iedereen zat zijn contracttijd uit en keek reikhalzend uit naar het nieuwste, mooiste toestel. Met de komende zichtbaarheid van toestelprijzen is het mogelijk dat klanten verder zullen gaan kijken dan alleen dat specifieke toestel. Waarom zou je per se mobiele data willen gaan verstoken op een toestel dat 43 euro per maand kost? In plaats daarvan kies je voor een Samsung Galaxy Y, inclusief ondersteuning van WiFi, push e-mail en 3G/HSDPA, voor 10 euro per maand.

De ontkoppeling van smartphones (en tablets) en mobiele abonnementen wordt zo stapje voor stapje een feit. Neem bijvoorbeeld Google, dat 900.000 Android-activaties per dag ziet en nu ook eigen hardware via het eigen kanaal, dus om de operarots heen, gaat verkopen. Uiteindelijk moet iedereen hier beter van gaan worden. De hardwareleveranciers door apparaten en diensten te gaan pushen, mobiele providers zonder subsidie op toestellen meer kunnen investeren in het netwerken en de klant die voor weinig geld een prima smartphone krijgt er daarmee supersnel kan internetten.

Gerelateerde artikelen