DESI-rapport laat groei zien in EU breedband, digitale vaardigheden lopen achter

News General Europe 12 JUN 2020
DESI-rapport laat groei zien in EU breedband, digitale vaardigheden lopen achter

 In de Europese Unie en het verenigd Koninkrijk kan nu 44 procent van de huishoudens gigabit vast breedband ontvangen. Maar slechts 26 procent abonneert zich op diensten van minimaal 100 Mbps, blijkt uit de nieuwste Digital Economy and Society Index (DESI) van de Europese Commissie. Uit het rapport over 2019 komt verder dat veel landen nog steeds achterlopen met 5G-ontwikkeling en dat er meer werk moet worden verzet om de digitale vaardigheden te verbeteren.

In 2019 was in 86 procent van de huishoudens snel breedband van minimaal 30 Mbps beschikbaar, tegenover 79 procent twee jaar eerder dankzij de uitbreiding van zowel VDSL- als FTTP-dekking. Nederland heeft het hoogste percentage huishoudens met vast internet, Finland veruit het laagste. Ongeveer 96 procent van de huishoudens had ook toegang tot 4G-netwerken, vergeleken met 91 procent in 2017, en het rapport schat dat de penetratie van mobiel breedband nu meer is dan 100 procent van het aantal inwoners.

Een op de tien huishoudens op het platteland zonder vast breedband

Landelijke dekking blijft een probleem: ongeveer een op de tien huishoudens heeft geen toegang tot vast breedband en meer dan vier op de tien huishoudens komen niet boven de 30 Mbps. De rurale dekking is vooral een probleem in Oost-Europa, in landen als Polen, Litouwen, Roemenië en Slowakije. Deze landen scoren ook lager in de penetratie van vast breedband te hebben, net als Italië en Bulgarije. Landen als Finland en Italië compenseren dat met draadloze netwerken. 

Op het gebied van netwerken met zeer hoge capaciteit, waaronder FTTP- en Docsis 3.1-netwerken met gigabitsnelheden, doet Malta het het beste met 100 procent homes-passed, gevolgd door Denemarken en Luxemburg met meer dan 90 procent. Griekenland (7%), het VK en Cyprus (beide 10%) presteren in dit opzicht het slechtst. Oostenrijk, Ierland en Tsjechië komen tot minder dan 30 procent, Italië 30 procent en Duitsland maar 33 procent.

11 landen zonder 5G-spectrum

Het DESI-rapport bevat ook een ‘5G-Readiness’ score, gebaseerd op de hoeveelheid spectrum die wordt afgegeven in de drie door de EU geïdentificeerde pioniersbanden. Dit toont aan dat Duitsland en Finland vanaf maart 2020 het verst zijn gekomen, met 65 procent van de toegekende frequenties, terwijl Italië en Hongarije rond 60 procent lagen. Nederland scoort hier nul procent, maar er komt wel een veiling aan. In totaal hadden 17 landen in de EU spectrum voor 5G toegekend, wat betekent dat verschillende het moeilijk zouden kunnen hebben om de einddata voor eind 2020 te halen.

Connectiviteit is slechts een van de vijf elementen in de jaarlijkse DESI waarin EU-landen worden vergeleken. De andere indicatoren zijn menselijk kapitaal, internetgebruik, integratie van digitale technologie bij bedrijven en e-overheidsdiensten. Finland, Zweden, Denemarken en Nederland staan het hoogst in het algemeen klassement, op de voet gevolgd door Malta, Ierland en Estland. Bulgarije, Griekenland, Roemenië en Italië scoren het laagst op de index.

4 op de 10 missen digitale basisvaardigheden

De Commissie merkte op dat de meeste landen, die op het gebied van digitalisering onder het EU-gemiddelde liggen, de afgelopen vijf jaar geen significante vooruitgang hebben geboekt. Nog steeds mist een groot deel van de EU-bevolking (42%) digitale basisvaardigheden, hoewel de meeste banen dergelijke vaardigheden vereisen. Een meerderheid van de bedrijven die IT-specialisten rekruteren, zei problemen te hebben met het vinden van geschikte kandidaten.

De coronaviruspandemie heeft het belang van digitale vaardigheden voor zowel mensen als bedrijven onderstreept, merkte de Commissie op. De DESI-cijfers zullen worden gebruikt om te beslissen hoe het in mei door de EU-leden overeengekomen fonds voor economisch herstel wordt gebruikt, om een aantal tekortkomingen in bepaalde landen te verhelpen.

Related Articles