
Europese landen lijken niet van plan te zijn om Huawei te weren uit telecomnetwerken. De Duitse en de Belgische security-diensten melden dat er geen noodzaak is vastgesteld, schrijft De Tijd. De Tijd citeert Jochen Homann, het hoofd van de Duitse toezichthouder Bundesnetzagentur. Die wil geen enkele leverancier vooraf uitsluiten bij het leveren van technologie voor 5G.
Bundesnetzagentur houdt momenteel een spectrumveiling met de 3,5 GHz-band. De teller voor de opbrengst is voorbij de grens van EUR 5 miljard.
De Amerikaanse ambassadeur in Duitsland heeft het land opgeroepen om Huawei uit te sluiten, maar de Duitse overheid is niet overtuigd van de noodzaak. Duitsland gaat de veiligheid en integriteit van de netwerken intensiever controleren en stelt extra randvoorwaarden in de veiling.
In België wordt de kwestie onderzocht door het Cybersecurity Center Belgium (CBB). Huawei levert apparatuur en/of diensten aan Proximus, Telenet en Orange Belgium.
Een woordvoerster meldt aan De Standaard dat er geen aanwijzingen gevonden zijn “die voldoende zijn om van een dreiging vanuit Huawei te kunnen spreken”. Het CBB heeft eigen onderzoek gedaan. Het zegt ook dat het van buitenlandse partners geen informatie gekregen heeft die als bewijs kan dienen voor maatregelen.
Het CBB presenteert die bevindingen niet als een conclusie in een eindrapport, omdat dit onderzoek doorlopend wordt gedaan. Het CBB valt onder directe verantwoordelijkheid van premier Charles Michel. Die heeft in het parlement gezegd de beoordeling van het CBB af te wachten, voordat hij een besluit neemt. Dat eindrapport komt er echter niet.