
De overheid heeft eind december 2014 het conceptwetsvoorstel voor de aanpassing van de bewaarplicht van telecommunicatiegegevens online gezet. De online consultatie leverde forse kritiek op van operators, advocaten en burgerrechtenorganisaties. De herziening volgde op een uitspraak van het Europees Hof van Justitie april vorig jaar dat de EU-bewaarplicht in strijd was met diverse grondrechten en dus geschrapt moest worden. De Nederlandse overheid stelt dat het bewaren van verkeersgegevens noodzakelijk blijft in de strijd tegen criminaliteit en terrorisme.
Voorstanders
Vertegenwoordigers van Politie en openbaar ministerie benadrukten tijdens het rondetafelgesprek op 29 januari hoe belangrijk de bewaarplicht is en waarschuwden voor een digitale vrijstaat als de bewaarplicht wordt ingeperkt. De politie stelt dat het zich bewust is dat het bewaren van data inbreuk maakt op de privacy van burgers, maar dat er geen alternatief is, omdat het nu eenmaal niet mogelijk is vooraf onderscheid te maken tussen gegevens van alle burgers en van verdachten of recidivisten. Politie en het OM stelden verder dat er jaarlijks tienduizenden keren telecomgegevens worden opgevraagd. Hierbij zou echter eerst een afweging worden gemaakt tussen privacyschending en het belang van de opsporing en zou er worden gekeken of er minder privacy-schendende manieren zijn om de benodigde informatie te verkrijgen.
Jacob Kohnstamm, voorzitter van privacytoezichthouder CBP, stelde niet per definitie tegenstander te zijn van de bewaarplicht. Wel vind hij dat voor een dergelijke zware inbreuk op de privacy eerst moet worden aangetoond dat de bewaarplicht noodzakelijk is voor het bestrijden van zware criminaliteit. Hij noemde het laakbaar dat ondanks vier jaar ervaring met bewaarplicht in Nederland de politie en andere opsporingsdiensten niet kunnen aantonen dat de bewaarplicht heeft geholpen bij het bestrijden van criminaliteit en terrorisme.
Tegenstanders
Onder meer internetprovider XS4ALL en digitale burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom waren aanwezig om hun tegenstand tegen een herziene wet bewaarplicht uit te leggen. XS4ALL benadrukte onder meer de al eerder aangeduide inbreuk op de privacy en ging verder in op hoe operators en ISP's in een onmogelijke positie worden gedwongen. Klanten laten weten dat zij gegevens geschrapt willen zien - met de uitspraak van het Europees Hof van Justitie in het achterhoofd - maar de Nederlandse wet stelt dat men de gegevens wel moet bewaren. Ook wees XS4ALL op het proportionaliteitsbeginsel: zijn de kosten in verhouding tot de opbrengst. Omdat de operators de kosten voor dataretentie dragen, zou het voor de overheid makkelijker zijn om aan de bewaarplicht vast te houden: het kost hen niets. Mocht de bewaarplicht blijven bestaan in herziene vorm, dan pleit XS4ALL voor een redelijke vergoeding.
Bits of Freedom wees er onder meer op dat volgens Agentschap Telecom er al regulering bestaat die bewaren van veel verkeersgegevens voor enige tijd al verplicht. Verder zijn er vrijwel geen aantoonbare strafzaken waaruit blijft dat het bewaren van verkeersgegevens een rol hebben gespeeld in de uitslag van een rechtszaak. Ook kwam BoF met het voorbeeld van Vodafone, dat in 2012 bij een grote brand haar database voor verplicht opgeslagen verkeersgegevens verloor. Politie en opsporingsdiensten stelden toen dat dit geen problemen opleverden. BoF noemde dat vreemd, omdat Vodafone wel goed zou zijn voor ongeveer een kwart van de mobiele markt.
Wat er vooraf ging
In april 2014 bepaalde het Europees Hof van Justitie de EU-verordening inzake dataretentie voor telecomoperators in strijd met de fundamentele grondrechten die privéleven, communicatie en persoonsgegevens beschermen. De Raad van State kwam met een vergelijkbare uitspraak. In november 2014 bepaalde de Nederlandse regering echter dat de Bewaarplicht telecomgegevens van kracht zou blijven. Volgens het kabinet is de bestaande wet onmisbaar voor de opsporing en vervolging van ernstige strafbare feiten. De Nederlandse wetgeving is bovendien rechtsgeldig tot stand gekomen, op basis van de daarvoor geldende procedures.
Het kabinet kiest wel voor een andere, meer strikte toegang tot de bewaarde gegevens. Straks kunnen telefoniegegevens alleen de volle bewaartermijn van twaalf maanden worden geraadpleegd, in geval van een ernstig misdrijf. Bij delicten met een straf lager dan acht jaar en waarvoor voorlopige hechtenis mogelijk is, kunnen de telefoniegegevens zes maanden bekeken worden. Toegang tot de telecommunicatiegegevens krijgt de officier van justitie straks pas na toestemming van de rechter-commissaris. Tot nu toe zijn met name D66 en GroenLinks fel tegen elke bewaarplicht maar lijken regeringspartijen PvdA en VVD voorstander.
Internetprovider BIT besloot in december samen met Privacy First, de Nederlandse Vereniging van Journalisten, de Groep Publiekstijdschriften van het Nederlands Uitgeversverbond, NDP Nieuwsmedia en de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten een kort geding tegen de Staat te beginnen. De eis van het consortium is onder meer dat de Wet Bewaarplicht Telecommunicatie wordt afgeschaft. Zakelijke operator Voys sloot zich later bij het kort geding aan, dat op 18 februari 2015 dient.