
De ACM sluit het onderzoek naar toegang voor betaalapps tot NFC-technologie in onder andere smartphones. De toezichthouder ziet zijn onderzoek als bevestiging van het feit dat er een concurrentieprobleem is op de Nederlandse markt voor betaalapps, maar heeft geen manier om het probleem te benaderen.
De Interchange Fee Regulation (IFR), de Europese wet op basis waarvan de ACM het onderzoek deed, is niet geschikt om dit concurrentieprobleem in Nederland op te lossen. De ACM pleit daarom voor aanvullende Europese regels.
NFC is dominant in de winkelstraat
Met NFC als technologie kunnen consumenten in winkels contactloos betalen. Deze technologie zit ook in de betaalpassen. Uit het onderzoek van de ACM blijkt dat toegang tot NFC-technologie (Near Field Communication) voor marktpartijen een belangrijke voorwaarde is om te investeren in de ontwikkeling van eigen betaalapps.
Omdat marktpartijen, zoals banken, geen toegang krijgen tot deze technologie op smartphones, zijn zij niet begonnen of gestopt met het maken van eigen betaalapps. De ACM wilde op basis van de IFR een gelijk speelveld afdwingen tussen NFC-apps en concurrerende andere apps. Er zijn echter geen andere apps waarop deze Europese regels kunnen worden toegepast. Volgens de ACM is het een kip-ei probleem.
De ACM pleit voor aanpassing van de Europese regels voor het betalingsverkeer (PSD2) en invoering van de Digital Markets Act. Dan worden ‘technische dienstverleners’ zoals smartphonefabrikanten verplicht om toegang te bieden tot cruciale technologie en infrastructuur, zoals NFC-technologie.