
Vodafone heeft na de brand op 4 april in de netwerkcentrale in Rotterdam snel gehandeld om de dienstverlening in de regio Rotterdam/Den Haag zo snel mogelijk te herstellen, onder meer door het inzetten van een mobiele netwerkcentrale. Wel had Vodafone bij zijn risico-analyse van het pand waar de netwerkcentrale stond, ook externe risico’s moeten meenemen. Ook bleken zowel de database voor het vastleggen van verkeersgegevens als de back-up ervan in dezelfde ruimte te staan, waardoor beide installaties verloren gingen.
Dat blijkt uit onderzoek van Agentschap Telecom naar oorzaken en gevolgen van de brand bij Vodafone. De brand in een netwerkcentrale van Vodafone in Rotterdam legde op 4 april 2012 het Vodafone-netwerk in de regio Rotterdam en Den Haag volledig plat. De brand werd om 05:14 ontdekt en rond 12.15 uur werd de stroom uitgeschakeld. Hierdoor vielen ook 700 aangesloten masten uit.
Circa 25 procent van de Vodafone klanten kon niet langer bellen, sms’en of mobiel internetten. Bij zo’n 30 procent werkte de voicemail niet. Op 11 april was het netwerk volledig hersteld.
Het onderzoek, waarvan het agentschap nu een samenvatting heeft gepubliceerd, moest antwoord geven op de vraag of het opslaan van de verplichte gegevens en het bevoegd aftappen in gevaar is geweest door de brand. Is Vodafone in staat geweest om alle taps en vorderingen uit te voeren die zij na de brand kregen? Ook wilde het agentschap antwoord op de vraag welke preventieve maatregelen Vodafone genomen heeft om eventuele herhaling in de toekomst te voorkomen.
Agentschap Telecom is verantwoordelijk voor het toezicht op het gebied van aftappen en dataretentie. Telecomaanbieders zijn onder meer verplicht alle telefoongegevens over de contacten van hun klanten een jaar lang te bewaren. De internetgegevens moeten een half jaar bewaard blijven. Politie en justitie kunnen deze gegevens eventueel opvragen voor onderzoek naar misdrijven. Agentschap Telecom ziet er op toe dat deze gegevens op een juiste manier en voor de juiste termijnen worden bewaard.
Het agentschap is sinds juni 2012 ook toezichthouder inzake continuïteit van telecomnetwerken. Telecombedrijven zijn verplicht zo veel mogelijk te doen om te voorkomen dat er telefoonstoringen ontstaan. Vodafone liet Agentschap Telecom, vooruitlopend op het ingaan van de wet, de maatregelen bekijken van Vodafone die de continuïteit van de dienstverlening moesten waarborgen. Zo heeft Vodafone het agentschap in staat gesteld om een verkennend onderzoek uit te voeren over de continuïteit van het netwerk van deze operator.
Tijdens het onderzoek werd duidelijk dat de database voor de verkeersgegevens en de back-up daarvan in dezelfde ruimte stonden. Beide installaties zijn door rook-en waterschade verloren gegaan. Vodafone kon daarom niet alle benodigde verkeers- en locatiegegevens verstrekken over de wettelijk vereiste periode van twaalf maanden voorafgaand aan de brand. Dit heeft echter geen grote problemen bij politie en justitie opgeleverd.
De brand ontstond in een bedrijf in hetzelfde pand als waar de Vodafonecentrale was gevestigd. Tussen de bedrijven stond een brandwerende muur in plaats van een brandwerende scheiding die geheel was doorgetrokken door het dak. Vodafone had bij zijn risico-analyse voor de locatie geen rekening gehouden met de andere bedrijven in het pand. Agentschap Telecom adviseert daarom alle aanbieders van telecom bij de keuze voor hun netwerklocaties ook de externe risico’s te evalueren die voor de continuïteit van hun dienstverlening risico’s kunnen opleveren.
Volgens Agentschap Telecom nam Vodafone afdoende maatregelen na de brand. De operator heeft na het uitschakelen van de stroom de inrichting voor het aftappen van gesprekken naar andere locaties kunnen omschakelen. Vodafone heeft verder een mobiele netwerkcentrale ingezet om de crisis te managen. Dit is een trailer met daarin een mobiele centrale die de apparatuur die was uitgezet, kon vervangen. Door de komst van deze trailer is het verkeer (bellen en sms) al vrij snel weer op gang gekomen.
Vodafone concludeert zelf dat het opslaan van de databases in dezelfde ruimte als de back-up grote risico’s met zich meebrengt. Vodafone heeft als gevolg van de brand besloten dat dit bij geen van de centrales meer mag plaatsvinden. Daarnaast heeft de organisatie als gevolg van de brand besloten dat bij het berekenen van risicoanalyses voortaan het totale bedrijfsgebouw meegenomen wordt. Hiermee wordt ook gecontroleerd of andere bedrijven die in dezelfde bedrijfsruimte gevestigd zijn, een potentieel risico voor de bedrijfsvoering zijn.