
De Nederlandse overheid mag alleen locatiegegevens van Nederlanders gebruiken in de strijd tegen het coronavirus als daar een wettelijke regeling voor bestaat. Dat stelt de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) in reactie op ideeën om locatiegegevens van burgers in te zetten om verspreiding van het virus te remmen.
Vorige week werd dit delen van geanonimiseerde telecomdata voor het eerst geopperd door de Europese Commissie. De drie Nederlandse MNO's (KPN, Vodafone, T-Mobile) staan hier onder strikte voorwaarden positief tegenover. De Europese privacy-instantie EDPS stelt dat de plannen de EU-wetgeving inzake gegevensbescherming niet schenden. Politieke partijen in de Tweede Kamer zijn erg kritisch over delen van telecomgegevens.
Wettelijke regeling
"We zien in andere landen systemen waarbij de overheid locatiegegevens van telecombedrijven gebruikt tegen verspreiding van het coronavirus", zegt AP-voorzitter Aleid Wolfsen. "Ook in Nederland worden dit soort ideeën geopperd. Maar dit kan niet zomaar. Wij hebben gekeken hoe dit eventueel kan, mocht de Nederlandse overheid dit willen." De uitkomst hiervan is dat een wettelijke regeling het enige antwoord is. Dat kan met een spoedwet, maar moet wel grondig. De democratische controle van het parlement is hier zeer belangrijk, meent de privacy-toezichthouder.
Wolfsen stelt dat het nu aan het parlement is om te besluiten of zo’n spoedwet nodig is. De AP zal snel advies uitbrengen wanneer er een wetsvoorstel ligt. "Het gebruik van locatiegegevens van burgers door de overheid is zeer ingrijpend", benadrukt Wolfsen. "Zo’n maatregel moet in ieder geval duidelijk zijn, in verhouding staan tot het doel ervan en voldoende waarborgen bevatten. Daar zullen wij goed op letten, mocht er zo’n wetsvoorstel komen."
Niet zomaar gegevens delen
Volgens zowel de in 2018 ingevoerde privacywet AVG als de Telecommunicatiewet mogen telecombedrijven niet zomaar gegevens van klanten delen met de overheid. Uitzonderingen zijn wanneer die klanten daarvoor zelf toestemming hebben gegeven of als de gegevens anoniem zijn. Toestemming vragen van alle Nederlanders is echter te omslachtig. En het anoniem maken van dit soort gegevens kan niet, omdat dat nooit onomkeerbaar is.
Wie weet waar iemand woont of werkt en die gegevens combineert met de 'geanonimiseerde' locatiegegevens van heel veel mensen, kan met die combinatie achterhalen wie bij welke locatiegegevens hoort. "Dat maakt van deze gegevens persoonsgegevens en die mag je niet zomaar delen", aldus Wolfsen. De AP probeert het beeld te nuanceren dat het beperkt en onder strenge voorwaarden gebruiken van locatiegegevens de overheid mogelijk kan helpen om de verspreiding van het virus in te dammen.
Wat is het doel
Wolfsen noemt het hierbij het doel cruciaal. "Is dat doel alleen handhaving? Of is het om zieke patiënten te volgen, om te kijken met wie een besmette patiënt contact gehad heeft gehad of om gezonde burgers te waarschuwen voor mensen die besmet zijn met het virus? Dat zal echt scherp in zo’n wet moeten staan." In sommige landen, waaronder Israël en Singapore, worden telecomgegevens en/of apps al ingezet om burgers in de gaten te houden. Ook in Rusland en China vindt dit plaats.
De AP begrijpt dat in uitzonderlijke tijden over uitzonderlijke maatregelen wordt nagedacht. Daarbij moeten het effect en de gevolgen van die maatregelen grondig worden afgewogen tegen de privacy.Wolfsen: "We moeten altijd blijven bedenken: welke gegevens zijn écht nodig en welke niet. Dus niet: zo veel mogelijk gegevens binnenhalen en dan kijken wat handig is. Nee, goed nadenken en zo beperkt mogelijk data van mensen gebruiken.
Juiste balans volksgezondheid, privacy
In crisistijd wordt privacy weleens tegenóver veiligheid of volksgezondheid geplaatst. Dat is volgens Wolfsen een valse tegenstelling. "We moeten én de volksgezondheid beschermen én ons grondrecht van de privacy. En dat steeds in een juiste balans. ‘De zorg, de overheid en allerlei andere partijen werken nu keihard aan de bestrijding van deze crisis. Natuurlijk staat de volksgezondheid nu op nummer één. Maar we moeten nu geen beslissingen nemen waar we later spijt van krijgen. En dus steeds goed blijven nadenken."
Wolfsen benadrukt dat we nu ons recht op privacy niet overboord moeten gooien. "Dat we nu een surveillancemaatschappij optuigen waar we dan na de coronacrisis mee zitten opgescheept. Daarom is de controle van ons parlement ook zo belangrijk. We leven in een net, democratisch land. Dat geldt juist óók in crisistijd."