AP onderzoekt privacy-bestendigheid online thuisonderwijs

Nieuws Breedband Nederland 23 APR 2020
AP onderzoekt privacy-bestendigheid online thuisonderwijs

De Autoriteit Persoonsgegevens deelt de zorgen van veel partijen over de mate waarin persoonsgegevens verzameld worden nu de coronacrisis sinds 12 maart dwingt tot (online) thuisonderwijs. De toezichthouder gaat hiernaar dan ook onderzoek verrichten.

Veel ouders, docenten, leerlingen en studenten vragen zich onder meer af of de systemen die scholen gebruiken om te videobellen veilig zijn, of gegevens niet in verkeerde handen kunnen vallen en wat er precies met al die gegevens gebeurt. Dit blijkt uit de grote hoeveelheid signalen die de AP heeft ontvangen. De instantie gaat de komende tijd bij onderwijsinstellingen na of zij de privacy wel goed op orde hebben.

Het merendeel van de ongeveer twee miljoen leerlingen en studenten in Nederland krijgt momenteel thuis les via beeldbellen, of maakt thuis tentamens of toetsen onder toezicht van een webcam. Onderwijsinstellingen hebben hiervoor snel en onder grote druk technische maatregelen moeten nemen, zodat leerlingen en studenten ook tijdens de coronacrisis goed onderwijs krijgen.

Digitaal veel informatie verkrijgbaar

Volgens de AP is er veel informatie te halen uit beelden die bij beeldbellen en 'proctoring' (digitaal surveilleren) worden verzonden naar onderwijsinstellingen of medestudenten. Over hoe leerlingen of studenten presteren, hoe zij zich gedragen en hoe het is gesteld met hun concentratie; over religieuze uitingen of wat gezinsleden doen die in de achtergrond zichtbaar zijn. In tegenstelling tot in de normale lespraktijk, kunnen deze observaties nu makkelijk worden opgeslagen en verspreid.

Sommige onderwijsinstellingen maken ook gebruik van het bovengenoemde proctoring. Hierbij monitoren zij online leerlingen of studenten tijdens een toets of tentamen, bijvoorbeeld doordat leerlingen of studenten foto’s maken van de ruimte waar zij zijn. Verder kan de onderwijsinstelling meekijken op beeldschermen, toetsaanslagen registreren of via webcams gedrag in de gaten houden. Soms moet een leerling of student hier aparte software voor installeren.

Met een dergelijk systeem kan veel en gevoelige informatie worden verzameld en verwerkt. Daarom moeten onderwijsinstellingen zich afvragen of al deze gegevens nodig zijn, meent de AP, en of er geen manier met minder impact is is om examenfraude te bestrijden.

Verantwoordelijk voor verwerking gegevens

Als onderwijsinstellingen beeldbellen en/of proctoring gebruiken, zijn zij volgens privacywet AVG verantwoordelijk zijn voor de verwerking van persoonsgegevens. Daarom moeten onderwijsinstellingen hoge eisen stellen aan de leveranciers van deze systemen.

Het systeem mag niet meer gegevens verwerken dan noodzakelijk en deze gegevens mogen niet langer worden bewaard dan noodzakelijk. Verder moeten onderwijsinstellingen hun leerlingen, studenten, docenten en de ouders van minderjarige kinderen informeren over hoe hun persoonsgegevens worden beschermd.

De AP heeft dit al bij onderwijskoepels benadrukt Daarnaast gaat de toezichthouder bij onderwijsinstellingen na of zij voldoende werk maken van het beschermen van de privacy van hun leerlingen of studenten. Zij moeten aantonen hoe zij dit doen. Daarna bekijkt de AP of vervolgstappen nodig zijn.

Gerelateerde artikelen