De EU kan tot 60 procent marktaandeel gaan claimen op nieuwe markten voor elektronica en de economische waarde van de productie van chips in de EU verdubbelen in de komende tien jaar. Dat stelt de ELG-werkgroep in een plan dat het aan de Europese Commissie heeft overhandigd.
De ELG (Electronics Leaders Group) is vorig jaar opgericht om de EC voorstellen te doen over verbetering van de positie van de EU op het gebied van elektronica. De 11 leden zijn CEO's van grote Europese ondernemingen op het gebied van elektronica. De ELG staat onder leiding van Ben Verwaayen, voormalig CEO van Alcatel-Lucent en lid van de board of directors van Akamai. Aanbevelingen van de ELG - die in juni 2014 tot concrete plannen moeten leiden - zijn onder meer:
- Een focus op gebieden waar de EU al sterk is - automotive, energie, industriële automatisering en security. Het doel is verdubbeling van de productie in de komende tien jaar.
- Focus op nieuwe groeimarkten, vooral het IoT (Internet of Things, Internet der Dingen) en de ontwikkeling van smart-X markten (smart homes, smart grids etc.). Het doel is om 60 procent van deze markt mondiaal te claimen.
- Behoud van sterke aanwezigheid in mobiel en in draadloze communicatie. De EU moet minstens 20 procent van de groei in deze markten binnenhalen.
Aan de vraagzijde stelt de ELG de oprichting voor van een initiatief genaamd Smart Everything Everywhere, om centra van expertise in te stellen en zones voor grootschalige proeven voor opkomende technologie in heel de EU. Aan de aanbodzijde ziet de ELG duidelijke kansen om de productie van wafers (de plakken van semiconductor-materiaal waar chips op worden vervaardigd met 60.000-70.000 per maand te vergroten vanaf 2016/2017.
De EU-semiconductor-branche telt circa 250.000 werknemers, met nog eens 2,5 miljoen afhankelijke banen.de productie van micro- en nano-elektronische componenten en systemen zijn goed voor minstens 10 procent van het GDP van de EU. De vraag naar micro- en nano-elektronische componenten en systemen stijgt jaarlijks met negen procent in afzet en 5-6 procent in omzet. Het Europese aandeel in de wereldproductie is gedaald van 15 procent in de jaren negentig naar minder dan 10 procent nu, tegen 22 procent voor Japan, 18 procent voor Zuid-Korea en 13 procent voor de VS.
