Nederland is een koploper in de sector slimme materialen, zoals sensors en 3D-geprinte hartkleppen. Deze sector kan de Nederlandse economie elk jaar miljarden opleveren, aldus de Nationale Agenda Materialen die staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat (EZK) afgelopen donderdag in ontvangst genomen heeft.
De Nationale Agenda Materialen is opgesteld door het platform MaterialenNL. Het platform is een samenwerking van de topsectoren Chemie, Energie en Hightech Systemen en Materialen. Zij wordt ondersteund door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO).
Onder slimme materialen valt een veelvoud aan producten, van Van accu’s voor elektrische auto’s tot eerdergenoemde 3D-geprinte hartkleppen en van beschermende kleding voor motorrijders tot sensoren die precies weten hoeveel water een gewas nodig heeft.
Nederland wil groeien in slimme materialen
"In ons land werken onderzoekers en ondernemers elke dag aan slimme nieuwe uitvindingen waarmee ze ons land op de wereldkaart zetten", aldus Keijzer tijdens het overhandigen van de Agenda. "Dat gebeurt met fotonica, met quantum, met AI, maar ook met materialen. Of je het nu hebt over recyclebaar staal of een knieprothese van lichaamseigen cellen – wij zijn er groots in en willen nog groter groeien."
De Nationale Agenda Materialen biedt daar volgens Keijzer een geweldig plan voor – van fundamenteel onderzoek tot eindproduct. "Deze agenda gaat leiden tot nóg meer Nederlandse oplossingen voor internationale, maatschappelijke uitdagingen. Zo werken we aan het veiligstellen van onze banen en inkomsten, nu en in de toekomst.”
De Nederlandse economie draait voor een groot deel op materialen, aldus onafhankelijk onderzoek van consultancybureau Roland Berger. Jaarlijks wordt in ons land meer dan EUR 75 miljard omgezet in de productie en export van machines, instrumenten, metalen, en kunststoffen die voornamelijk zijn gebaseerd op nieuwe en circulaire materialen. Ruim 100.000 mensen hebben een baan in deze sectoren.
Verbinding leggen
De Nationale Agenda Materialen moet bedrijven, kennisinstellingen en onderzoeksinstellingen van allerlei expertise en in alle fases van innovatie verbinden: van eerste idee tot een product dat klaar is voor gebruik. Internationaal gezien loopt Nederland voorop met deze concrete agenda, aldus EZK.
De agenda definieert vijf thema’s: energiematerialen (bijvoorbeeld batterijen), elektronische materialen (chips), constructiematerialen (zoals staal), biomaterialen (bijvoorbeeld protheses van lichaamseigen cellen) en coatings (beschermingsmaterialen).
De Nationale Agenda Materialen komt voor uit het kennis- en innovatieconvenant 2020-2023 (KIC) dat op 11 november 2019 gesloten werd. Daarmee investeerden ruim 2200 bedrijven, kennisinstellingen en overheden in 2020 gezamenlijk voor 4,9 miljard euro in het vernieuwde topsectoren- en innovatiebeleid van het kabinet. Dat beleid gaat uit van de economische kansen van maatschappelijke uitdagingen (energietransitie & duurzaamheid; landbouw, water & voedsel; gezondheid & zorg; veiligheid), sleuteltechnologieën (zoals AI, fotonica, nano en quantum) en het maatschappelijk verdienvermogen.
