Het telecombeleid krijgt een geopolitieke dimensie met wetsvoorstel ongewenste zeggenschap

Commentaar Algemeen Nederland 6 MRT 2019
Het telecombeleid krijgt een geopolitieke dimensie met wetsvoorstel ongewenste zeggenschap

Staatssecretaris Mona Keijzer heeft het wetsvoorstel Ongewenste zeggenschap telecommunicatie aangeboden aan de Tweede Kamer. De Raad van State heeft negatief geadviseerd, dat blijkt uit het advies dat openbaar is gemaakt. EZ schuift die bezwaren opzij. 

De Raad van State vindt dat het al dan blokkeren van ‘zeggenschap’ of een aandelenbelang niet hetzelfde is als het doel van de wet, namelijk: zorgen dat infrastructuur en diensten blijven functioneren. Het antwoord van EZ daarop is dat continuïteit en betrouwbaarheid zijn vastgelegd in regels. Dit nieuwe hoofdstuk in de Telecommunicatiewet is bedoeld voor bedrijven die zich niet laten afschrikken door een boete of dwangsom. Het doel van de wet is dus anders, namelijk geopolitiek. 

Geopolitieke motieven

Die term, geopolitiek, staat ook in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel:

"Door de verschuivende economische machtsverhoudingen in de wereld wordt de kans groter dat overnames mede worden ingegeven door geopolitieke motieven. Dit kan gevaren meebrengen zowel vanuit het perspectief van de nationale veiligheid als vanuit het perspectief van de openbare orde. Daarbij valt te denken aan de mogelijkheid dat een partij die (uitsluitend) handelt op basis van geopolitieke motieven, zeggenschap in een telecommunicatiebedrijf hanteert als politiek instrument." 

EZK verwoordt dit nog scherper in zijn weerwoord op de Raad van State: "(...)is het doel van dit wetsvoorstel beperkt tot het bieden van een oplossing voor die situaties waarin een kwaadwillende partij zo veel zeggenschap in vitale onderdelen van de telecomsector verkrijgt, dat dit de regering in een chantabele positie kan brengen dan wel op andere manieren de nationale veiligheid en openbare orde in gevaar kan brengen."

Vanuit dat perspectief is het ook beter te begrijpen waarom het wetsvoorstel zo ingrijpend is. Het draait om drie woorden: continuïteit, beschikbaarheid en betrouwbaarheid. Die formulering is met opzet heel breed geformuleerd, waardoor allerlei bedrijven ermee te maken kunnen krijgen. 

De directe aanleiding van het wetsvoorstel gaat terug op 2013, toen America Móvil een belang in KPN nam. Sindsdien is het onderwerp veel groter gemaakt. Dit gaat al lang niet meer over KPN, VodafoneZiggo of AMS-IX, maar over allerlei bedrijven, beursgenoteerd of niet. Een eerdere versie van het wetsvoorstel ging zelfs zo ver, dat een bedrijf bij elke wijziging vooraf naar het ministerie moest om een verklaring van geen bezwaar te vragen. Bijvoorbeeld bij de benoeming van een bestuurder of commissaris.

Raad van State wijst plan af

De Raad van State heeft zich over de tekst gebogen en reageert negatief. Zijn advies is om het wetsvoorstel in zijn huidige vorm niet in te dienen. De Raad denkt dat het vooraf lastig is om een beoordeling te maken van risico's. "Partijen die zeggenschap willen verwerven in een onderneming zullen doorgaans niet op voorhand blijk geven erop uit te zijn het adequaat functioneren en de integriteit van de vitale infrastructuur van de telecommunicatiesector te gaan verstoren." 

Verder noemt het rechtscollege de definities te vaag. "Het wetsvoorstel bevat evenwel een opsomming van vaag omschreven omstandigheden waarin ondernemingen een voornemen tot verwerving van zeggenschap moeten melden en waarin de minister vervolgens een verbod zal kunnen uitvaardigen."

Deze kritiek liegt er niet om, maar de redenering van EZK is anders. 'We moeten vooraf ingrijpen. Als we het gevaar pas later zien, is het kwaad al geschied'. In die redenering is de vraag ook niet meer interessant of de sector hiermee wel kan werken. 

Kwetsbaarheid van netwerken en diensten staat al heel lang op de agenda. De Nederlandse overheid heeft de afgelopen tien jaar meerdere keren gemerkt dat telecommunicatie kwetsbaar is. Voorbeelden zijn:

  • De brand bij Vodafone, waardoor de mobiele communicatie van de overheid plat kwam te liggen
  • De affaire Diginotar, waarbij certificaten voor websites onbetrouwbaar bleken
  • De moeizame vernieuwing van C2000
  • De bereikbaarheid van 1-1-2 tijdens grote stroomstoringen

Telkens klonk de roep om maatregelen. In reactie daarop kwamen er telkens extra regels en extra toezicht. Dit nieuwe wetsvoorstel is dus heel anders. Het nieuwe ‘Hoofdstuk 14A’ van de Telecommunicatiewet wordt, als het aan het kabinet ligt, anders van toon en inhoud dan de rest.

FDI Screening

De aandacht voor rechtstreekse buitenlandse investeringen (Foreign Direct Investment of FDI) neemt toe. In Duitsland is het onderwerp relevant geworden door enkele grote overnames, onder meer van het bedrijf Kuka Robotics, dat industriële robots bouwt. 

Momenteel hebben 14 van de huidige 28 EU-landen (Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Hongarije, Italië, Letland, Litouwen, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Spanje en het Verenigd Koninkrijk) FDI-screeningmechanismen die echter sterk verschillen qua reikwijdte en ontwerp.

Het Europees Parlement wil een EU-brede aanpak en heeft ingestemd met de regulering om een Europees instrumentarium te ontwikkelen voor 'FDI Screening'. Zodra de lidstaten hebben ingestemd met deze regulering, krijgen ze 18 maanden te tijd om die te implementeren.

Gerelateerde artikelen