
De Belgische regering wil weten wat de oorzaak is van de grootschalige problemen met mobiele en vaste telefonienetwerken in Brussel en delen van België op 22 maart. Na de twee bomaanslagen op luchthaven Zaventem en een metrostation werden de mobiele netwerken overbelast als gevolg van het sterk gestegen spraakverkeer. Ook via de vaste netwerken was het soms lastig om mensen te bereiken.
Vicepremier en minister van Digitale Agenda en Telecom Alexander De Croo heeft nu aan de verschillende telecomoperators (zoals Proximus, Mobistar/Orange, Base, Telenet) een grondige analyse gevraagd van de netwerkproblemen van 22 maart. Op basis van die analyse wil hij met de sector rond de tafel gaan zitten om de nodige lessen te trekken en de procedures te verfijnen. Het huidige crisisplan telecommunicatie kreeg vorm na de Pukkelpopramp in augustus 2011 en voorziet er in dat bij een grote ramp mensen worden opgeroepen om te sms’en, te communiceren via mobiele data of gebruik te maken van vaste netwerken. Die oproep vond 22 maart inderdaad plaats via de minister, de betrokken operators en het Crisiscentrum. De operators stelden als alternatief verder hun wifi-hofspots volledig open.
De minister wil dat dat in de analyse van de operators alle relevante elementen worden meegenomen en dat wordt nagegaan wat de impact is van de huidige stralingsnormen op een snellere verzadiging van de netwerken. De minister zal samen met het Crisiscentrum verder evalueren hoe op een nog intensievere manier sociale media gebruikt kunnen wordenin tijden van crisis. Hij zal naast de operators onder meer Microsoft (Skype), Facebook (Whatsapp), Twitter en Google uitnodigen om actief aan dit overleg deel te nemen.
Base stelt dat het de stralingsnormen bewust heeft overschreden om zo meer mensen te kunnen laten bellen. Dat schrijven onder meer De Tijd, L'Echo en Datanews. Op deze wijze kon de operator de capaciteit tijdelijk met 30 procent vergroten.