De Europese Commissie ontwikkelt regelgeving voor de Europese Unie waarbij smartphones en tablets voorzien moeten gaan worden van een 'reparatielabel', vergelijkbaar aan het energielabel dat momenteel gangbaar is bij de meeste consumentenelektronica. Dat meldt de Duitse krant Heise. Het Europees Parlement sprak zich vorig jaar al uit voor strengere wetgeving op het gebied van 'recht op reparatie'.
Het reparatielabel geeft op een vergelijkbare schaal (A tot G) aan hoe eenvoudig of hoe moeilijk bepaalde onderdelen van een smartphone of tablet gerepareerd kunnen worden. Op die manier wil de Europese Commissie fabrikanten van smartphones en tablets stimuleren eenvoudigere reparaties mogelijk te gaan maken, wat op termijn moet bijdragen aan duurzamere producten met een langere levensduur, met als bijkomstig effect een verminderde hoeveelheid e-waste.
Europees reparatielabel
Het reparatielabel komt tot stand op basis van meetbare en vergelijkbare criteria, waaronder het aantal stappen dat nodig is om bijvoorbeeld een accu, camera, microfoon of een beeldscherm te vervangen en de mate waarin specialistisch gereedschap nodig is. De score voor de reparatie van het beeldscherm en accu weegt het zwaarste aangezien dit de meest voorkomende reparaties zijn. Uit onderzoek van Telecompaper in 2020 bleek dat beeldschermschade- en reparatie het meeste voorkomt bij Nederlandse smartphonegebruikers.
Verder wordt meegewogen in hoeverre onderdelen, zoals bijvoorbeeld schroeven, hergebruikt kunnen worden en in hoeverre onderdelen voor consumenten beschikbaar zijn (dus niet enkel voor reparatiebedrijven, red.) om zelf reparaties uit te kunnen voeren.
Invoering reparatielabel mogelijk in 2023
De Euroepse Commissie gaat de regelgeving openbaar consulteren, waarna feedback op de plannen meegenomen zal worden in de bepaling van definitieve regelgeving. Verwacht wordt dat de regelgeving rondom een reparatielabel omstreeks 2023 ingevoerd gaat worden.
