De Europese Commissie heeft haar conceptvoorstel gepubliceerd voor de invoering van uniforme gespreksafgiftetarieven in de hele EU. Na een openbare consultatie en advies van telecomregulator Berec, wil het de gedelegeerde handeling tegen eind 2020 aannemen. Het nieuwe plafond voor vaste tarieven wordt uiterlijk vanaf 2022 ingevoerd, terwijl de mobiele gespreksafgiftetarieven geleidelijk zullen dalen tot 2024.
Uniforme vaste en mobiele gespreksafgiftetarieven vormen een belangrijk onderdeel van het nieuwe wetboek voor elektronische communicatie van de EU, en de Europese Commissie raadpleegt de markt al meer dan een jaar over hoe de nieuwe tarieven kunnen worden ingevoerd. In de code worden de principes, criteria en parameters uiteengezet die de Commissie moet gebruiken om de tarieven vast te stellen. Deze omvatten de eis dat de maximumtarieven gebaseerd moeten zijn op het terugverdienen van de incrementele langetermijnkosten van een efficiënte exploitant, waardoor buitensporige wholesale-tarieven worden vermeden en wordt bijgedragen aan de belangrijkste beleidsdoelstellingen van de code, zoals het bevorderen van concurrentie en de ontwikkeling van de interne markt.
De voorgestelde tarieven zijn EUR 0,2 eurocent per minuut voor mobiel en EUR 0,07 cent voor vast bellen. Aangezien de huidige tarieven voor mobiele gespreksafgifte gemiddeld aanzienlijk hoger zijn dan het voorgestelde kostenefficiënte tarief, plant de Commissie een geleidelijke daling over een periode van drie jaar om op het lagere tarief uit te komen.
Dat betekent maximumtarieven van EUR 0,7 cent in 2021, EUR 0,55 cent in 2022 en EUR 0,4 cent in 2023, om in 2024 EUR 0,2 cent te bereiken. Dit betekent dat in 2021 de maximale mobiele afgiftetarieven in Zweden (EUR 0,2 cent), Portugal (EUR 0,4 cent), Malta (EUR 0,4 cent), Ierland (EUR 0,43 cent), Cyprus (EUR 0,48 cent), Denemarken (EUR 0,52 cent), Hongarije (EUR 0,53 cent), cent), Nederland (EUR 0,58 cent), Griekenland (EUR 0,62 cent), Kroatië (EUR 0,63 cent) en Spanje (EUR 0,67 cent) blijven gehandhaafd. Ze kunnen de geleidelijke daling van de EU in de daaropvolgende jaren implementeren, aangezien de EU-tarieven onder hun huidige prijzen dalen.
Voor vaste afgiftetarieven is er momenteel een veel breder bereik, maar gemiddeld zitten verschillende landen al dicht bij het voorgestelde plafond. De 12 landen die meer dan 20 procent boven de voorgestelde EU-limiet liggen, krijgen in 2021 een overgangsstap, voordat ze vanaf 2022 het nieuwe tarief moeten toepassen.
De voorgestelde tarieven zijn gebaseerd op de resultaten van twee kostenmodellen, opgesteld volgens de bepalingen van de code door externe adviseurs. Beide modellen zijn gebouwd in samenwerking met Berec en experts van nationale regelgevende instanties en onderworpen aan meerdere openbare consultaties. Berec zal naar verwachting in oktober zijn definitieve advies uitbrengen.
De consultatie van de ontwerphandeling staat tot 22 september open voor reacties op de website van de Commissie.
