Nederland scoort mondiaal slecht met kosten internet en digitale overheid

Nieuws Breedband Europa 23 JUL 2020
Nederland scoort mondiaal slecht met kosten internet en digitale overheid

Nederland staat wereldwijd op de zesde plaats wat betreft digitale levenskwaliteit. Vooral op het gebied van internetkwaliteit en -veiligheid onderscheidt Nederland zich positief ten opzichte van andere landen. Op de aspecten internetbetaalbaarheid en digitale overheidsdiensten scoort ons land ondermaats. Dit blijkt uit het jaarlijkse Digital Quality of Life (DQL)-onderzoek in 85 landen van VPN-provider Surfshark. Voor de studie is samengewerkt met lokale partijen, waaronder het Nederlandse VPNdiensten.nl. 

Denemarken voert de DQL-index aan. Zweden en Canada de top drie compleet. Verder domineert Europa met zeven landen de top tien, waarin op de zesde plaats staat. Vergeleken met de 12e positie van vorig jaar heeft Nederland grote stappen gezet. Abel Baas van VPNdiensten.nl stelt dat er met de DQL-index verder gekeken wordt dan de huidige digitale situatie in een land. "De derde positie voor de internetkwaliteit en een notering op plek zeven voor e-security laten in ieder geval zien dat Nederland digitaal er momenteel goed voor staat."

Hoge prijzen voor vast, mobiel internet

De prijzen voor een internetabonnement zouden in Nederland vrij hoog zijn. Met een 23e plaats voor internetbetaalbaarheid scoort Nederland vergelijkbaar met landen met een lager BNP per hoofd, zoals nummer drie Azerbeidzjan of Vietnam (19). Wel doet Nederland het beter dan buurlanden Duitsland (24) en België (49). 

In de DQL-index staat dat Nederlanders gemiddeld 50 minuten moeten werken voor het goedkoopste internetabonnement, tegen bijvoorbeeld 7 minuten voor Canadezen. Bij mobiel internet moet de Nederlandse consument vijf keer zo lang werken als bijvoorbeeld de gemiddelde Deen. 

Digitale overheidsdiensten scoren slecht

Nederland heeft verder een vrij lage (16e) positie op de ranglijst als het gaat om digitale overheidsdiensten op. Zo staan IT-projecten bij de Nederlandse overheid bekend als hoofdpijndossiers. Voorbeelden zijn casussen bij het CBS, het CBR, Defensie, de NVWA en de Belastingdienst. 

Ook biedt de overheid volgens de Index bedrijven en burgers onvoldoende zekerheid omtrent IT-security en dataprivacy. Zo blijkt uit de NotPeyta-aanval op de Rotterdamse haven en de 112 storing dat Nederland geen noodplan heeft als digitale systemen uitvallen. De politiek lijkt nog te weinig te beseffen dat haar ICT-projecten heel het land raken. Baas hierover: "Neem de corona-app of de ‘Sleepwet’ van enkele jaren terug: veel plannen lijken niet doordacht. Hierdoor scoort Nederland op e-government lager dan bijvoorbeeld Italië en India, die respectievelijk plaats 20 en 57 in het algemene klassement innemen."

Het DQL-onderzoek bestudeerde ruim 6,3 miljard mensen in totaal 85 landen. Men meet de digitale levenskwaliteit op basis van twaalf samenhangende indicatoren uit open bronnen van de Verenigde Naties, de Wereldbank, Freedom House, de International Communications Union en andere bronnen. Klik hier voor het rapport over digitale levenskwaliteit 2020 en een interactieve tool voor landvergelijking met rapporten op landniveau.

NL op 4e plek in EU

Op digitaliseringsgebied staat Nederland binnen de EU in zijn totaliteit op een vierde plek, zo bleek afgelopen juni al uit de jaarlijkse DESI (Digital Economy and Society Index) van de EU. Deze index rangschikt de kwaliteit van een aantal digitale zaken. Voorbeelden zijn de digitale infrastructuur, het gebruik van digitale toepassingen door en online vaardigheden van de inwoners, de mate en wijze waarop het bedrijfsleven digitaal actief is en de online dienstverlening door de overheid zelf.

Enkele conclusies:

  • Het Nederlandse bedrijfsleven maakte al relatief veel gebruik van sociale media en van elektronische tags voor onder andere voorraadbeheer, toegang en mobiel betalen. 
  • Snel vast breedbandinternet (meer dan 100 Mbps) is al voor 98 procent van de Nederlandse huishoudens beschikbaar. 
  • Nederlanders zijn bovengemiddeld digitaal vaardig –  een lijn die langzaam stijgt. Ook het aantal IT-specialisten stijgt gestaag, net als het percentage vrouwen daarbinnen.
  • 95 procent van de Nederlanders maakt gebruik van het internet. 94 procent doet aan internetbankieren en 84 procent winkelt online. Slechts 2 procent heeft nog nooit gebruik gemaakt van het internet.

Gerelateerde artikelen