VodafoneZiggo behaalde over het eerste kwartaal van 2021 een omzetgroei van 1,8 procent. Het bedrijfsresultaat steeg iets sneller, waardoor de marge toenam en ook de vrije kasstroom was hoger. Ziggo, het kabelbedrijf, verloor klanten bij toenemende ARPU's. Vodafone zag het aantal mobiele klanten toenemen maar de ARPU's daalden. Het bestuur handhaaft de verwachtingen voor geheel 2021: een groei van het bedrijfsresultaat met 1-3 procent en uitkeringen aan de aandeelhouders van EUR 550-650 miljoen (2020: EUR 501 miljoen). De verhouding capex/sales zal in de bandbreedte 19-21 procent liggen.
De totale omzet steeg met 1,8 procent tot EUR 1,01 miljard. De groei kwam van Ziggo (consumer +2,5%, business +11%), wat de teruggang bij Vodafone (consumer -0,4%, business -6,7%) ruimschoots compenseerde. Het bedrijfsresultaat (aangepaste EBITDA) nam met 2,8 procent toe, waardoor de marge verruimde tot 46,4 procent. De investeringen (capex) kwamen uit op EUR 195 miljoen (19,3% van de omzet, ruim minder dan vorig jaar). Daarmee bedroeg de operationele vrije kasstroom (aangepaste EBITDA minus investeringen) EUR 274 miljoen, ofwel 27,2 procent van de omzet. Het nettoresultaat was negatief EUR 13,2 miljoen, wat een belastingbate opleverde van EUR 4,4 miljoen. De totale uitkeringen aan de aandeelhouders zullen blijken bij de publicatie van de definitieve cijfers, eind mei.
De onderneming schat de impact van de pandemie negatief op zowel de omzet (EUR 13 miljoen) als op de kosten (EUR 3 miljoen). Het zit met name in roaming (out-of-bundle), visitor roaming en handsetverkopen.
Onderliggend aan de omzetgroei waren de volgende ontwikkelingen op het gebied van prijs, volume en mix-effecten.
Allereerste de klantaantallen, met zowel de kwartaalwinst als de groei/afname op jaarbasis.
- Het totaal aantal kabelklanten nam met 20.200 af tot 3,82 miljoen. Het verlies loopt sinds Q1 2020 op. De bezettingsgraad van het netwerk nam daardoor af tot 52,3 procent, 1,0 procentpunt lager dan een jaar geleden.
- Een verlies van 9.200 internetklanten (consumer -17k, business +7,8k) tot 3,35 miljoen (-0,5% yoy). Dit was het grootste verlies in de geschiedenis van het bedrijf.
- Een verlies van 20.200 videoklanten, het zwakste resultaat sinds Q2 2017, tot 3,81 miljoen (-1,4% yoy).
- Een verlies van 49.900 telefonieklanten, het zwakste resultaat ooit, tot 2,22 miljoen (-6,7% yoy).
- Het aantal mobiele klanten steeg met 43.100 tot 5,23 miljoen (+2,6% yoy).
Vervolgens de prijsontwikkeling, zoals deze tot uitdrukking komt in de ARPU's.
- De kabel-ARPU groeide op jaarbasis: consumer +4 procent (tot EUR 51), SOHO +3 procent (tot EUR 62) en kleinzakelijk +2 procent (tot EUR 84).
- De mobiele postpaid ARPU daalde op jaarbasis: consumer -5 procent (tot EUR 17) en business -12 procent (tot EUR 16). De prepaid-ARPU was min of meer stabiel op EUR 3.
Ten slotte de volgende mixeffecten.
- Het kabelnetwerk liet een klantverlies zien bij consumer en winst voor business, wat een verschuiving betekent naar hogere ARPU's.
- In video was er groei voor basic video en een afname voor enhanced video, waardoor de gemiddelde opbrengst daalt. Overigens nam het aantal gebruikers van de Mediabox Next toe tot 670k (20% van de enhanced video klanten), wat waarschijnlijk goed is voor de tevredenheid.
- Bij mobiel was de ontwikkeling positief, met een toename van het aantal postpaidklanten (consumer +25k, business +35,8k) en een afname in prepaid (-17,7k). Dat leidt tot een verschuiving naar hoogwaardiger klanten, al is de consumer-ARPU momenteel hoger dan de business-ARPU.
- Er treedt een gestage verschuiving op van single (1P) en triple play (3P) klanten naar 2P-klanten. Al met al is dat negatief voor het aantal diensten per kabelklant, een getal dat marginaal daalde naar 2,46 (vorig jaar 2,49).
- De convergentie (FMC: fixed-mobile convergence) nam verder toe, tot 43,7 procent van de breedbandbasis en 48,9 procent van de mobiele basis. Dat zorgt voor een lagere churn maar zet druk op de ARPU omdat de FMC-klanten voordeeltjes krijgen, zoals korting op mobiel.
