
Google gaat appaanbieders verplichten in zijn appstore Google Play te melden welke persoonlijke gegevens hun apps gebruiken. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) noemt de wijziging positief voor consumenten. ACM en zusterorganisaties hebben gepleit voor meer grip op privacy voor de consument.
Google voert deze verplichting komende zomer in. Apple stelde dit eind 2020 al verplicht. Consumenten zien met ingang van 2022 deze informatie als zij een app uitzoeken in de Play Store. Zij kunnen de informatie over het gebruik van hun gegevens dan meewegen in hun keuze voor een bepaalde app, redeneert ACM. Dit prikkelt aanbieders om met elkaar te concurreren op gunstige privacyvoorwaarden.
Ontwikkelaars krijgen 12 maanden tijd
De ontwikkelaars zijn verantwoordelijk voor de informatie, inclusief eventuele tekst en schermafbeeldingen. Google kan handhavingsmaatregelen nemen tegen de app als deze vaststelt dat deze onnauwkeurige of misleidende informatie verstrekt die in strijd is met het beleid.
Er verschijnt informatie zoals of de app beveiligingspraktijken heeft, zoals gegevensversleuteling; als de app voldoet aan het gezinsbeleid van Google; of de app bepaalde gegevens nodig heeft om te functioneren en of gebruikers de keuze hebben om deze te delen; als het veiligheidsgedeelte van de app is geverifieerd door een onafhankelijke derde partij; en of gebruikers hun gegevens kunnen verwijderen wanneer ze de app verwijderen.
Google komt met deze aanpassing tegemoet aan de oproep in maart 2019 van 27 internationale consumententoezichthouders, verenigd in ICPEN (International Consumers Protection and Enforcement Network). De Autoriteit Consument & Markt (ACM) maakt onderdeel uit van dit netwerk en is samen met collega’s uit Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk de aanjager van deze actie.