Tv-kijken is ingewikkeld geworden voor kijkers in Europa. Zij moeten meerdere diensten gebruiken om toegang te krijgen tot alle video-content die ze willen en om toegang te krijgen op meerdere apparaten. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van Gracenote en nScreenmedia.
De studie richt zich op het consumptiegedrag en de houding ten opzichte van verschillende tv-diensten en functies in het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Duitsland. Hieruit blijkt dat betaaltelevisie momenteel de meest populaire bron voor tv-content is in het VK en Zweden, die door bijna 2 op de 3 consumenten wordt gebruikt. In Duitsland is free-to-air TV de meest populaire bron voor tv, goed voor bijna 8 op de 10 kijkers.
Snelle acceptatie online tv
Het rapport onderschrijft de snelle acceptatiegraad van online tv, nu al de op één na populairste tv-dienst in alle drie de markten. Dat loopt van iets minder dan 50 procent in Duitsland tot meer dan 50 procent in het VK en Zweden. Bijna de helft van de kijkers in alle drie de markten zijn multi-source tv-huishoudens. 12 jaar geleden gebruikten de meeste huishoudens één dienst voor tv.
In alle drie de markten beschouwen consumenten programmagidsen op het scherm en gebruikersinterfaces als essentiële hulpmiddelen voor het vinden van content zoals programma's. In het VK zei 70 procent van de kijkers dat programmabeschrijvingen hierbij op zijn minst enigszins belangrijk waren, vergeleken met 65 procent van de kijkers in Zweden en 57 procent van de Duitsers.
Andere bevindingen in het rapport zijn dat free-to-air-tv populairder wordt op mobiele apparaten, met meer kijkers die apps hiervoor gebruiken als aanvulling op het kijken dan betaal-tv-kijkers die de TV overal-apps van hun tv-aanbieder gebruiken. Slimme tv's zijn zeer populair, met de tv als het favoriete apparaat voor het bekijken van tv/video-content in alle drie de markten, goed voor 70 procent van de kijktijd in het VK en Duitsland en 60 procent in Zweden. Samsung is het populairste tv-merk in alle drie de markten.
