Vrachtwagens met tien containers vol kantoormeubilair van Telenet vertrekken de komende dagen naar het Belgische Pepinster, zo heeft Telenet bekendgemaakt. Het meubilair zal verdeeld worden over scholen en gemeentelijke diensten in de provincie Luik die tot op vandaag de gevolgen dragen van de overstromingen die in juli van dit jaar plaatsvonden. Telenet besloot een grote voorraad kantoormeubilair die het door de covid-19-crisis niet langer nodig heeft, aan hen te schenken.
Bijna twee maanden nadat het noodweer het zuiden van het land teisterde, is de materiële schade nog steeds enorm, ook in vele scholen en bij heel wat gemeentelijke diensten. De omvang van de schade varieert, maar vooral in de provincie Luik, waar Pepinster ligt, is de ravage aanzienlijk. Herstellen, schoonmaken, nieuw materiaal aankopen: de getroffenen zijn er ook vandaag nog volop mee bezig.
In samenwerking met de provincie Luik besloot Telenet om deze mensen te helpen door hen ongebruikt kantoormateriaal te schenken. Als gevolg van de covid-19-crisis heeft Telenet zijn thuiswerkbeleid namelijk grondig bijgestuurd. Het moedigt zijn werknemers aan om 60 procent van de tijd van thuis te werken. Een aantal kantoren ging daardoor definitief dicht en alle werknemers werden overgeplaatst naar de maatschappelijke zetel in Mechelen. Daarnaast werkt Telenet aan de renovatie en reorganisatie van alle kantoorruimten op zijn maatschappelijke zetel, waardoor het een grote voorraad kantoormateriaal (kasten, bureautafels, stoelen, …) verzamelde. Dat materiaal wil het nu ter beschikking stellen van de mensen die er het meest nood aan hebben.
Een tweede leven voor het kantoormeubilair
Tien containers met bijna 300 kasten en een honderdtal bureautafels vertrekken in vrachtwagens vanuit de opslagplaats in Vilvoorde naar Pepinster. De eerste levering vindt plaats op dinsdag 21 september en in de daaropvolgende dagen volgen de overige leveringen. De hele operatie wordt door Telenet bekostigd. Het materiaal wordt eerst opgeslagen in twee loodsen van de gemeente en zal vervolgens door de gemeentelijke overheden worden verdeeld over de scholen en gemeentelijke diensten in de getroffen zones die belangstelling getoond hebben.
