Een korte blik op de afgelopen jaren leert dat serviceproviders in de glasvezelsector al jaren komen en gaan. De lijst met namen van bedrijven die niet meer (zelfstandig) bestaan, is vrijwel oneindig. Om er toch wat te noemen: Concepts ICT, Edutel, Fiber, Fype, Glashelder, KickXL, Lijbrandt, ON, OnsBrabantNet, Scarlet, Solcon, Stipte, Wisper en XMS. Vodafone werd T-Mobile, Tele2 binnenkort ook. De merken Telfort en XS4ALL werden/worden KPN en dat geldt wellicht op termijn ook voor Solcon.
Dat proces is niet iets van de laatste tien jaar en beperkt zich niet tot FTTH. De mobiele providers komen en gaan en in de jaren ’00 zijn veel ISP’s gekocht of gefuseerd (bijvoorbeeld Casema, Tiscali, Wanadoo, enz.). Echter, gezien het grote aantal bedrijven dat in Nederland op kleine of grote schaal glasvezel uitrolt, kunnen we ons ook in dat deel van de sector opmaken voor een consolidatiegolf.
In de afgelopen jaren is een niet gering aantal kleine partijen opgestaan dat een eigen FTTH-netwerk heeft aangelegd of daarmee bezig is. Het totale aantal adressen binnen de verzorgingsgebieden bedraagt vaak niet meer dan enkele duizenden, terwijl telecombedrijven het in de regel moeten hebben van schaalgrootte.Lokale initiatieven missen schaal, expertise, content, etc.
In het FTTH-landschap anno 2019 is er naast de grote aanleggers KPN, Delta Fiber en E-Fiber ruimte voor een handvol bedrijven dat in meerdere gemeenten netwerken aanlegt en meer dan tien bedrijven/initiatieven die dit beperken tot uitrol/beheer in één of twee gemeenten. Vooropgesteld hebben deze lokale partijen één ding gemeen: draagvlak in de lokale samenleving.
Maar de return on investment bij glasvezelnetwerken is een kwestie van lange termijn terwijl, uitzonderingen daargelaten, de meeste van dergelijke initiatieven niet zijn ingericht voor de lange termijn. Zij zullen zich op enig moment genoodzaakt zien hulp in te roepen. Beheer en onderhoud vergen 24/7-organisatie en expertise (storingen worden ook van de lokale partij maar heel even getolereerd); de ontwikkeling van diensten en content zijn vooral gebaat bij massa en de toegang tot content van derden is duur.
Een tweede factor is het wegvallen van het oorspronkelijke uitgangspunt van de vraag naar triple play-diensten voor een redelijke (lees lage) prijs. De vraag en het aanbod en in de telecomsector verandert, waardoor er op dit moment meer interesse is in een FMC-pakket dan in het oorspronkelijke triple play. Kleine, lokale internetproviders hebben deze mogelijkheden niet en dan komt de vraag op om grote serviceproviders op het netwerk toe te laten. Deze zien op hun beurt echter weinig heil in deze lokale markt, want er is te weinig schaalgrootte te behalen om de investeringen te rechtvaardigen.Een derde aspect is de voortdurende groeibehoefte van de grote partijen. Hoewel in het kader van de FTTH-markt niet uitgesproken, heeft KPN (en andere partijen) ongetwijfeld interesse in deze lokale netwerken.
Delta Fiber is expert
Niet KPN maar wat inmiddels Delta Fiber Nederland heet, is de afgelopen jaren de meest actieve partij waar het gaat om het integreren van verschillende glasvezelnetwerken in Nederland (en moederbedrijf/investeerder EQT doet er internationaal niet voor onder).Als CIF (Communication Infrastructure Fund van Rabo Bouwfonds) kocht het bedrijf enkele jaren geleden een aantal lokale coaxbedrijven, verglaasde de infrastructuur en fuseerde alles tot één bedrijf. In een volgende fase, toen de focus naar het buitengebied was verlegd, werd Mabib onderdeel en nadat CIF zijn belang aan EQT verkocht had, werd kabelbedrijf Delta overgenomen. Tot slot werd alles ondergebracht in een nieuw hoofdkantoor in Schiedam onder de naam Delta Fiber Nederland, werd Cbizz overgenomen en werd het belang in CAI Harderwijk juist van de hand gedaan.
Naast de overnames is Delta Fiber diverse samenwerkingen aangegaan die het totale verzorgingsgebied verder uitbreidden, overigens los van alle uitrol en initiatieven die het zelfstandig heeft gedaan.
