
Nederland ICT moedigt de motie van Tweede-Kamerleden Verhoeven (D66), Middendorp (VVD), Buitenweg (GroenLinks) en Van Dam (CDA) aan om het thema digitalisering in de politiek minder te versnipperen. De branchevereniging is het met de Kamerleden eens dat digitalisering als thema verdeeld is over te veel commissies, departementen en Kamerleden. Hierdoor vallen te veel van de digitaliseringsuitdagingen nog tussen wal en schip.
Met de motie willen de betrokken Kamerleden hier paal en perk aan stellen. Digitalisering raakt namelijk tal van maatschappelijke en economische thema’s, zoals zorg, energie, onderwijs, mobiliteit, arbeidsmarkt. Binnen ministeries en in commissies van de Tweede Kamer wordt digitalisering volgens Nederland ICT echter vooral vanuit de traditionele portefeuilles benaderd. Daarom pleitte de brancheclub in het verkiezingsmanifest van 2016 al voor structurele samenwerking tussen ministeries vanuit een gezamenlijke strategie voor hoe ons land om moet gaan met digitalisering.
Regie blijft achterwege
Hoewel het huidige kabinet (vorig jaar) wel met een gezamenlijke digitaliseringsstrategie kwam, blijft echte regie blijft nog achterwege, aldus Nederland ICT. 'We hebben mooie ideeën in beleidsnota’s kunnen lezen, maar we wachten nog op actie.' Zo is het verzoek van het Kamerlid Wörsdörfer (VVD) uit september 2018 om de uitgaven aan digitale ambities in beeld te brengen is nog steeds niet beantwoord.
Het is volgens Nederland ICT dan ook goed dat de Tweede Kamer dit probleem ook signaleert en ook nadenkt over haar eigen rol hierin. 'Alleen zo kan het parlement meer kennis krijgen over digitale onderwerpen en meer grip houden op de manier waarop we als land met digitalisering omgaan.' Het onderzoek gaat deze zomer al van start. Begin 2020 moet er een rapport liggen met aanbevelingen.
Advies aan volgende kabinet
De Kamerleden willen daarbij behalve onderzoeken hoe ze zelf met het thema omgaan, ook advies geven aan het volgende kabinet. In een toelichting op de motie in het NRC zegt Kees Verhoeven (D66): "Soms moet je nu een debat met vier bewindspersonen voeren. Of zegt een bewindspersoon juist weer: hier ga ik niet over."