
Twee netwerken an sich voor het aanbieden van vaste diensten aan consumenten zijn niet voldoende voor effectieve concurrentie. In die situatie blijft aandacht nodig om op langere termijn de belangen van afnemers te dienen. Dat heeft ACM-bestuursvoorzitter Chris Fonteijn gezegd tijdens een toespraak op een conferentie over telecom en mededinging in Londen.
Fonteijn heeft in deze toespraak meerdere zaken besproken waarmee ACM de afgelopen tijd te maken heeft gehad of nog steeds heeft. Zo ook de fusie tussen UPC en Ziggo en de invloed op de Nederlandse markt, met Ziggo en KPN als aanbieders met vrijwel landelijke dekking van hun vaste netwerken.
Volgens Fonteijn zijn twee aanbieders van vaste netwerkdiensten onvoldoende voor effectieve mededinging. In een duopolie zou coördinatie tussen partijen kunnen ontstaan, wat zou kunnen zorgen voor minder investeringen en innovatie, ten nadele van de consument. Volgens ACM geldt dit in elk geval op dit moment voor Nederlandse markt, maar mogelijk ook voor andere Europese landen.
De bestuursvoorzitter verwijst naar een rapport van de OESO (Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling) over de mobiele markt. Hieruit zou blijken dat een groter aantal mobiele operators zorgt voor meer innovatie en investeringen. Een groter aantal kan worden vertaald naar meer dan drie.
KPN moet van ACM zijn netwerk openstellen voor andere aanbieders. De Europese Commissie besloot naar aanleiding van de fusie tussen UPC en Ziggo dat het ‘nieuwe’ Ziggo dit niet hoeft te doen. Volgens ACM biedt toegang tot kabelnetwerken over het algemeen minder mogelijkheden aan afnemers dan ontbundelde toegang op het koper- of glasvezelnetwerk van KPN. ACM is momenteel bezig dit besluit te herschrijven om aan de eis van nadere onderbouwing van de Europese Commissie te voldoen.