
De liberale fractie in het Europees parlement verwacht een duidelijk standpunt van de Europese Commissie op het gebied van zero rating, het aanbieden van mobiele diensten of content waarvoor geen data uit een bundel verbruikt wordt. Dat stelt D66-Europarlementariër Marietje Schaake. Op verzoek van de Europese Liberale fractie (ALDE) geeft Commissaris Oettinger vandaag een statement hierover.
Zero rating wordt niet expliciet vernoemd in de nieuwe Europese telecomverordening over netneutraliteit en roaming. Met zero-rating, of prijs-discriminatie zoals Schaake het omschrijft, kunnen internetgebruikers bepaalde diensten gebruiken zonder dat daarvoor data uit hun bundel wordt verbruikt. Internetaanbieders en sociale media, video- of muziekdiensten betalen voor deze voorkeursbehandeling in business-to-business deals.
Het toestaan van zero-rating gaat in de praktijk tegen netneutraliteit in, stelt Schaake. Het mogelijke risico is dat start-ups nooit dezelfde deals met internetaanbieders kunnen sluiten als de grote tech-bedrijven. Als de ene dienst vrijwel gratis is en de andere niet, is er voor internetgebruikers minder prikkel om concurrerende diensten, nieuwsbronnen of sociale media te gebruiken waarvoor wel data van de bundel af gaat. Het publieke belang van het open internet en van toegang tot diverse informatie komt zo onder steeds meer druk te staan", aldus Schaake.
D66 wilde al een expliciet verbod op zero-rating in het de telecomverordening die vorige maand werd aangenomen door het EP en eerder door de Europese Raad. De ingediende amendementen inzake onder meer zero rating werden daarbij niet aangenomen. Momenteel heerst daarom onduidelijkheid over wat wel en niet is toegestaan. Het is overgelaten aan de verschillende telecom-autoriteiten in EU-lidstaten om hun eigen interpretatie te geven en grenzen te trekken.
Schaake: "Zo blijven we in Europa met een lappendeken aan regels zitten, en is er onduidelijkheid voor internetgebruikers. Ik roep de Europese Commissie op zich tegen zero-rating uit te spreken en het verbod in toekomstige wetgeving te verankeren."