
De keuze van KPN om met Huawei een voorlopige overeenkomst te tekenen voor het moderniseren van het mobiele radiotoegangsnetwerk van de operator - maar niet het kernnetwerk - heeft te maken met een combinatie van factoren. Allereerst de al langer bekende multivendor-strategie van KPN, zo stelt KPN-woordvoerder Stijn Wesselink. Ten tweede speelt de discussie over potentiële veiligheidsrisico's van Chinese netwerkapparatuur en binnenkort te verwachten overheidsbeleid een rol.
KPN maakte vandaag bekend dat het voor Huawei heeft gekozen voor modernisering van het radiotoegangsnetwerk. Voor het kernnetwerk wil de operator echter een westerse leverancier kiezen. De nadruk op 'westers' geeft daarbij de indruk dat Huawei bewust is uitgesloten van moderniseren van het meer kritieke kernnetwerk. Het gaat bovendien om een voorlopige overeenkomst die nog aangepast of zelfs geschrapt kan worden, afhankelijk van welk besluit de Nederlandse overheid neemt inzake Huawei als leverancier van 5G-technologie voor de drie mobiele operators.
"Wij willen niet afhankelijk zijn van één leverancier voor het volledige netwerk", benadrukt Wesselink. "Dat is een belangrijke reden om een andere netwerkleverancier te kiezen voor het kernnetwerk." Gevraagd waarom Huawei dan niet het kernnetwerk levert, wijst de woordvoerder op de voorsprong die Huawei zou hebben op het gebied van radiotoegangstechnologie. Zo zou de RAN-technologie van Huawei bovengemiddeld energiezuinig zijn en zijn de antennes in staat om grote hoeveelheden frequenties te bundelen (carrier aggregatie). Dit is van belang vanwege de snel groeiende capaciteit die van het mobiele netwerk gevraagd wordt.
Keuze beperkt bij RAN
Wesselink: "Bij RAN-technologie is de keuze tussen leveranciers beperkt. Wij hebben een zorgvuldig selectietraject gehad en op gebieden zoals kwaliteit en de financiële component kwam Huawei als beste uit de bus. Bij de componenten voor het kernnetwerk is meer keuze in leveranciers." Daar gaat het overigens niet alleen om Ericsson en Nokia, stelt de KPN-woordvoerder. Er wordt ook gekeken naar meer SDN (software-defined networking)-gebaseerde leveranciers gekeken. Het selectietraject gaat hier op zeer korte termijn van start.
Zoals ook in het persbericht van KPN staat aangegeven, spelen de 'veranderende inzichten ten aanzien van de bescherming van vitale infrastructuur en de mogelijke invloed hiervan op het toekomstige Nederlandse beleid' een rol bij het besluit een westerse leverancier te gaan zoeken voor het kernnetwerk. Volgens Wesselink wil KPN zo snel mogelijk aan de slag met de modernisering van het mobiele netwerk richting 5G, reden om nu al een besluit te nemen over het RAN-deel van het netwerk. Mocht het kabinet besluiten om Huawei beperkt of niet toe te laten als leverancier van 5G-netwerkcomponenten, dan zou dat tot uitstel van de beoogde snelle modernisering kunnen leiden.
5G-beleid kabinet
Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid maakte halverwege april bekend dat er een interdepartementale Taskforce opgericht is om de veiligheid rondom de bouw en uitrol van 5G-netwerken te onderzoeken. De Taskforce voert samen met KPN, T-Mobile en VodafoneZiggo een risicoanalyse uit naar de kwetsbaarheid van 5G-telecommunicatienetwerken voor misbruik van leveranciers van technologie voor deze netwerken en welke maatregelen nodig zijn om risico’s te beheersen. Eind mei moeten de uitkomsten van het onderzoek bekend worden, die mede aan basis moeten vormen voor het 5G-beleid van het kabinet inzake veiligheidsrisico's. Een aantal politieke partijen staat in ieder geval erg argwanend tegenover het toelaten van Huawei als 5G-netwerkleverancier.
Wesselink stelt dat KPN zelf ook breed- en diepgaand onderzoekt of de veiligheid van het mobiele netwerk in het geding kan komen door het gebruik van 5G-netwerkapparatuur. Daarbij worden volgens de woordvoerder dezelfde criteria gebruikt voor alle mogelijke leveranciers, niet alleen voor Huawei. "Het maakt wat ons betreft hier niet uit of een leverancier uit China komt, uit Europa of uit de VS."