De Autoriteit Consument & Markt (ACM) begint een verkennend onderzoek naar de uitrol van glasvezel (FTTH) in Nederland. De toezichthouder wil zo meer inzicht krijgen in hoe telecombedrijven en investeerders bepalen waar zij glasvezel uitrollen en tegen welke problemen zij hierbij aanlopen. Na de zomer wordt bepaald of er vervolgacties nodig zijn.
Volgens Henk Don, bestuurslid ACM, hebben nog altijd veel huizen in Nederland geen glasvezelaansluiting. "Gelukkig zien wij dat de interesse voor het uitrollen van glasvezel toeneemt. Dat is een goede ontwikkeling die kan leiden tot betere diensten en meer concurrentie. Wij ontvangen echter ook signalen over problemen waar telecombedrijven, investeerders of gemeenten tegenaan lopen bij de uitrol van glasvezel."
De ACM vindt het volgens Don niet wenselijk als die problemen er toe leiden dat investeringen in glasvezel niet doorgaan, of dat de concurrentie op deze markt wordt verstoord. Daarom wil de toezichthouder in kaart brengen wat zich allemaal op de markt afspeelt.
Slechtere business case
De signalen waar Don aan refereert, betreffen onder meer partijen die aangeven dat hun business case verslechtert omdat meerdere bedrijven in hetzelfde gebied glasvezel willen uitrollen. Dit gebeurde onlangs onder meer in Gouda (Rekam en KPN), Deurne (KPN en E-Fiber) en Weststellingwerf (Kabelnoord, Glasvezel Buitenaf). Hierdoor worden in bepaalde gevallen projecten gestaakt en/of slechts delen van deze gebieden voorzien van glasvezel, aldus de ACM.
Om een dergelijke situatie te voorkomen, lijken partijen die glasvezel willen uitrollen steeds vaker exclusiviteit te eisen. Zo vragen zij gemeenten om te voorkomen dat meerdere partijen in dezelfde gemeente glasvezel uitrollen. Verder willen zij de garantie van aanbieders van telecomdiensten dat zij geen gebruik zullen maken van concurrerende netwerken. ACM stelt dat het belang dat sommige gemeenten zelf in die aanbieders hebben soms ook vragen oproept.
De toezichthouder gaat nu in kaart brengen wat het effect van deze ontwikkelingen is op de verdere uitrol van glasvezel en de concurrentie op de markt. Om een beeld te krijgen van de uitrol van glasvezel in Nederland en de problemen die hierbij mogelijk een rol spelen, gaat de ACM de komende tijd in gesprek met telecombedrijven, investeerders en gemeenten die te maken hebben met de uitrol van glasvezel. Na de zomer verwacht de ACM de resultaten van de marktstudie te publiceren. Op basis van die resultaten wordt bepaald of vervolgacties nodig zijn.
Onderzoek concurrentie FTTH-markt
De ACM kondigde in maart al aan een onderzoek te starten naar de concurrentie op de glasvezelmarkt naar aanleiding van klachten die T-Mobile (namens E-Fiber) en brancheorganisatie NLconnect hebben ingediend over KPN. Deze operator wordt beschuldigd van oneerlijke concurrentie en het frustreren van de aanleg van glasvezel op het platteland, zo schreef het FD.
Tijdens de jaarlijkse conferentie van de FTTH Council in Amsterdam halverwege maart, stelde ACM-voorzitter Martijn Snoep dat hij diverse uitdagingen zag bij de uitrol van glasvezel. Zo zou de afgelopen jaren het aantal homes passed op een FTTH-netwerk gedaald zijn. Omdat er minder glasvezelnetwerken in het westen van het land zouden liggen dan elders, ziet de toezichthouder daar een taak voor zichzelf. Het wil de uitrol in het westen van het land stimuleren.
FTTH-plannen KPN, T-Mobile
Zowel KPN als T-Mobile/Tele2 hebben grootse plannen voor de uitrol van glasvezel. De komende drie jaar gaat KPN zijn totaal aan homes passed vergroten met één miljoen. Doel is om in 2021 40 procent van de Nederlandse huishoudens te hebben aangesloten. KPN maakte de hernieuwde belangstelling voor glasvezeluitrol begin dit jaar bekend.
De komende jaren moeten in totaal twee miljoen huishoudens en bedrijven op breedband internet via glasvezel van T-Mobile aangesloten worden. In de eerste helft van 2019 wordt gestart met aanleggen van glasvezel naar 30.000 particuliere en 3.000 zakelijke adressen in Den Haag.
Visie EZK
Dat verschillende marktpartijen interesse hebben in het aanleggen van een glasvezelnetwerk is op zichzelf toe te juichen. Dat antwoordde Mona Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, begin april in reactie op Kamervragen over mogelijke netwerkduplicatie in een aantal Nederlandse gemeenten.
Gelijktijdige vraagbundelingstrajecten in eenzelfde regio worden door het kabinet niet toegejuicht, maar het staat commerciële bedrijven vrij dit te doen. Keijzer ziet het risico dat geen van de marktpartijen in zijn opzet slaagt omdat de handtekeningen te veel verdeeld kunnen raken. Maar dat is aan hen, en deze partijen kunnen ervoor kiezen de uitrol door te zetten ook al is de vraagbundeling niet gehaald of samen te werken aan de uitrol in het betreffende gebied.
