Het ministerie van Economische Zaken werkt aan de Wibon, de Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten. Het wetsvoorstel wordt naar verwachting in het tweede kwartaal bij de Tweede Kamer ingediend. Doel van de wet is om bestaande infrastructuur te gaan gebruiken voor aanleg van nieuwe breedbandnetwerken. Nederland heeft miljoenen kabelgoten, mantelbuizen en kasten voor telecom, energie, gas, spoor en riolering, zowel onder als boven de grond. In principe zijn die ook te gebruiken voor internet.
De Wibon wijzigt de Telecommunicatiewet en vervangt de Wion (Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netwerken), die er vooral is om netwerken in kaart te brengen en graafschades te voorkomen.
EZ heeft een inventarisatie laten maken van de hoeveelheid kabels in de grond. Het gaat om circa 400.000 kilometer koper- en coaxkabels, circa 300.000 kilometer lege en met glasvezel gevulde mantelbuizen en ruim 910.000 kilometer huisaansluitingen (van koper, coax of glasvezel).
Van de mantelbuizen is 65 procent leeg en in veel gevallen nog bruikbaar. Op interlokale routes ligt echter een deel (16%) koper- en coaxbekabeling die geen economische waarde meer heeft. De data gaat via nieuwere glasvezelkabels, maar de oude kabels liggen er nog.
Mede daarom zal EZ de opruimplicht van kabels in de Telecommunicatiewet wijzigen. Nu kan een grondeigenaar zoals een gemeente na tien jaar precariobelasting heffen op ongebruikte telecomkabels. Met de voorgenomen nieuwe wet kan dat pas, als de grondeigenaar aangeeft dat hij deze kabels weg wil hebben en verzoekt om deze op te ruimen. Deze kwestie is relevant voor de erfenis van bedrijven die lege mantelbuizen in de grond hebben gelegd, als voorraadje voor later. Als er kabels worden weggehaald, gebeurt dat bij voorkeur op een moment dat de straat toch al open ligt.
Met de Wibon implementeert Nederland de Europese richtlijn voor de aanleg van breedband van 15 mei 2014. De deadline daarvoor wordt niet gehaald.
