
Het referendum over de nieuwe Wet op de Inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) lijkt een nipte overwinning op te leveren voor het 'nee'-kamp. Dat blijkt volgens diverse media uit de telling tot nu toe. Rond zeven uur uur was zo'n 80 procent van de stemmen geteld. 49 procent van de stemmers is tot nu toe tegen, terwijl 47 procent voor de wet heeft gestemd.
Opiniepeilingen hadden vooraf een ruime overwinning van voorstemmers verwacht, met een gemiddelde van 60 tegen 40 procent. De regeringspartijen gaven eerder al aan de Wiv te willen doorzetten, ongeacht de uitslag van het referendum. Hoewel de uitslag ook niet bindend is, moet het kabinet de wet nu wel heroverwegen. Coalitiepartij D66 wil dat er in ieder geval een evaluatie van de Wiv plaatsvindt over twee jaar.
Grootschalige taps mogelijk
De Tweede Kamer en Eerste Kamer hebben vorig jaar ingestemd met de nieuwe wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. De AIVD en MIVD krijgen daarin voor het eerst de mogelijkheid om grootschalige taps te zetten op internetkabels - zoals bij internetknooppunten. Tot nu toe kan alleen radio- en satellietverkeer worden beluisterd, wat onder meer gedaan wordt in het satellietgrondstation in Burum in Friesland.
Wel zijn er waarborgen voor toezicht op de inlichtingendiensten. Zo moet van tevoren duidelijk gemaakt worden waar een tap voor bedoeld is. Ook mogen gegevens niet oneindig lang opgeslagen worden. Desondanks kunnen er veel gegevens van niet-verdachte personen als bijvangst meegenomen worden. Niet geheel duidelijk is wat er hiermee kan gebeuren.
Rechtsgang mogelijk voor Wiv
Een coalitie van organisaties overweegt de gang naar de rechter om de sleepwet ongeldig te laten verklaren. De coalitie bestaat onder andere uit datacentrum BIT, digitale burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom, Privacy First, de Nederlandse Vereniging van Journalisten en de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten. De organisaties vrezen dat de regering de uitslag van het referendum zal negeren omdat het slechts raadgevend is. BIT stelt in een aanvullende reactie naar de rechter te willen gaan als de regering de wet ongewijzigd invoert.