
De voorgestelde wijzigingen in de Wiv gaan niet ver genoeg, dat is de teneur in de reacties op de openbare consultatie over de Wet op de inlichtingen en veiligheidsdiensten (Wiv). Die aftapwet is in mei ingegaan, maar wordt via een nieuw wetsvoorstel aangepast. De overheid heeft de openbare reacties gepubliceerd van 36 organisaties en particulieren.
De regering komt met een wetsvoorstel om de Wiv (die is al ingegaan) op twee onderdelen aan te passen. Dit wijzigingsvoorstel is geconsulteerd, voordat het naar het parlement gaat. Het kabinet wil een beperking opleggen aan de uitwisseling van ongeëvalueerde onderzoeksinformatie en bewaartermijnen daarvoor vastleggen. Er wordt een beleidsregel opgesteld die vastlegt dat de inzet van de bevoegdheden door de diensten zo gericht mogelijk dient te zijn.
Privacy-organisaties noemen wetsvoorstel te vaag
Volgens de reacties zijn die wijzigingen echter (te) vrijblijvend, omdat ze iets vastleggen dat sowieso al volgt uit internationale verdragen. Ook kunnen de regering en de inlichtingendiensten nog steeds besluiten om een advies te negeren van de toezichthouder, CTIVD. Het toezicht op de diensten is niet goed geborgd, was van begin af aan al een van de kritiekpunten.
De critici wijzen ook op de risico’s als een dienst besluit om achterdeurtjes en kwetsbaarheden in software te laten zitten of zelfs aan te brengen. Verder zou de Wiv de bronbescherming voor media, advocatuur en andere bijzondere of beschermde beroepsgroepen ondermijnen.
De gepubliceerde reacties zijn van het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten (NJCM), Bits of Freedom, een jurist verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen, Stichting Privacy First, de Piratenpartij, Stichting Pangea, Amnesty International Nederland en Diensten en Onderzoek Centrum Palestina. De overige reacties zijn van particulieren, tegenstanders van de Wiv.
Referendum en bodemprocedure
De Nederlandse kiezer heeft de Wiv afgewezen in een raadgevend referendum in maart dit jaar. Een aantal private organisaties heeft tevergeefs een kort geding gevoerd tegen de Staat en is daarna een bodemprocedure begonnen.